In de rubriek ‘Met wie spreek ik?’ laat Leo Schrama steeds een clubvrijwilliger aan het woord die zich al jaren belangeloos inzet voor en bij zijn (of haar) club. Vaak onbekend buiten de eigen gelederen, maar o zo belangrijk. Elke vereniging draait nu eenmaal op vrijwilligers.

Vrijwilligers bestaan in alle soorten en maten, zoals jeugdtrainers, bestuurders, kantinemedewerkers, jeugdleiders en scheidsrechters. Cees Bulk bekleedde ze in ruim vijftig jaar allemaal bij zijn ‘cluppie’ Noordwijk. De inmiddels 69-jarige Bulk is nog altijd niet weg te slaan van de Duinwetering, waar hij aan de hand van zijn vader al op jonge leeftijd binnenwandelde.

,,De ingang was toen nog aan de Van Panhuisstraat en het werd in die tijd nog het gemeentelijke sportpark genoemd. Mijn vader was supporter van Noordwijk en dan weet je hoe het gaat”, blikt Bulk terug. ,,Nee, trek om zelf te gaan voetballen heb ik nooit gehad. Eigenlijk wel vreemd, maar het is er nooit van gekomen. Wel heb ik ooit nog in een wilde zaalvoetbalcompetitie gespeeld, maar op het veld ben ik alleen als jeugdleider en scheidsrechter in actie gekomen. Op mijn achttiende ben ik er, als het ware, vanzelf ingerold door jeugdleider te worden.”

Vervolgens is Bulk nooit meer weggeweest. ,,In al die jaren heb ik legio jeugdelftallen onder mijn hoede gehad. Daarbij maakte het niveau mij niet uit. Het ging om het plezier en dat heb je net zo goed bij de B3 of de C4. Kampioen worden met zo’n team vond ik echt een hoogtepunt. Je leeft er met de jongens een heel seizoen naartoe en als het zover is voelt dat geweldig. En in die tijd gingen we nog met zijn allen op de fiets naar uitwedstrijden in Voorhout of Lisse. Dat kun je nu haast niet meer voorstellen. Daarnaast ben ik ook nog jarenlang jeugdsecretaris van de DEF–junioren geweest. En niet te vergeten het begeleiden van de teams waar mijn zoons Andres en Björn in speelden, dat vond ik ook heel leuk.”

Duizendpoot Bulk haalde al snel via de club een jeugdleiders- en scheidsrechtersdiploma. Iets dat hem als arbiter later goed van pas kwam. Daar was ook een EHBO diploma aan verbonden. ,,Ik vergeet nooit die keer dat ik samen met Gerard Passchier en Kees Marijt op cursus was. Kees was altijd wel in voor een geintje en toen hij een Katwijkse deelnemer in het kader van de cursus moest verbinden deed hij dat zodanig dat de beste man hierna echt geen kant meer op kon. Hadden we ineens een mummie op de cursus!”

Plicht
Het jeugdsecretariaat, in combinatie met Cees Spaanderman, leverde Bulk niet alleen op de club, maar ook thuis het nodige werk op. In de tijd dat internet nog in de kinderschoenen stond, betekende dat vooral veel bellen en nog meer regelen. ,,Toch is het mij nooit gaan tegenstaan, integendeel. Alle jaartallen ben ik vergeten, dat vind ik trouwens helemaal niet belangrijk, maar op een gegeven moment ben ik vanuit het jeugdbestuur toegevoegd aan het ‘grote’ bestuur en dan leer je de club weer op een heel andere manier kennen. Dat zorgde er op een gegeven moment voor dat ik de jeugdafdeling heb ingeruild voor de kantine. Samen met Marcel Tullenaar, die enkele jaren geleden helaas veel te vroeg is overleden, was ik verantwoordelijk voor het reilen en zeilen ervan.”

,,In het nieuwe onderkomen doe ik tegenwoordig de keuken. Was ik in het verleden op zaterdag van acht tot acht uur op de club, tegenwoordig is dat wel minder. Maar de zaterdag pakt niemand me af. Ik verheug me er elke keer weer op. Het eerste zie ik thuis wel altijd spelen, bij uitwedstrijden help ik in de kantine, die sla ik over. Bij thuiswedstrijden is het soms zo druk in de keuken dat ik er toch blijf hangen. Dan kan ik het niet over mijn hart verkrijgen om weg te lopen naar het veld. Het is net alsof de plicht mij op zo’n moment roept.”

Vurig aanhanger
De verbondenheid met ‘zijn’ Noordwijk kwam vorig jaar nog eens extra aan het licht toen Bulk eerst van een nieuwe linker- en vervolgens van een nieuwe rechterknie werd voorzien. Operaties die hem weer volledig mobiel maakten. ,,Maar het betekende wel dat ik een tijdje uit de roulatie was. Toen ik mij eenmaal weer op krukken voort kon bewegen, was het eerste loopje dat naar het sportpark. De kameraadschap die ik er vind, kan ik gewoon niet missen. Het is een deel van mijn leven geworden.”

Daarbij leeft hij als supporter uiteraard mee met de prestaties van het vlaggenschip. ,,Wat dat betreft ben ik al ruim zestig jaar vurig aanhanger van de club. Ik heb de opmars en de grote successen van de club van nabij meegemaakt en ik moet zeggen dat ik het in de tijd dat er alleen nog maar Noortukkers meespeelden het mooiste vond. Hoewel ik heus wel begrijp dat het nu zonder de jongens van buitenaf echt niet meer zou lukken op dit niveau. Daarom verzorg ik een keer per maand met andere medewerkers voor de selectie het eten na de donderdagavondtraining Maar als ik heel eerlijk ben, gaat het mij om de hele club.”

In de ogen van Bulk is iedereen bij de club belangrijk, met name de vrijwilligers. Een gegeven dat elders niet anders zal zijn. ,,Op vrijwilligers moet je als club zuinig zijn. Zelf ben ik blij en trots een radertje in het geheel te mogen zijn. Als ik weer op de club kom, voelt dat nog altijd aan als thuiskomen. Daarbij mag ik mijn vrouw Gré wel heel dankbaar zijn. Zaterdag is altijd mijn dag geweest en ik hoop dan ook nog heel lang bij de club betrokken te blijven”, sluit Noordwijks Lid van Verdienste af.

POPULAIRE BERICHTEN