In de serie Oude Meesters blikken gerenommeerde (ex-)trainers terug, opzij en vooruit. Deze keer aandacht voor Ruud de Groot. Als speler verdedigde hij onder meer de kleuren van Holland Sport en daarna trainde hij tal van amateurclubs. Daarnaast was hij jarenlang docent opleidingen bij de KNVB. In het dagelijks leven werkte De Groot als gymnastiekleraar op een school in Leiden. Hij is getrouwd, vader van een zoon en trotse opa van een kleinzoon.

Een trainerscarriere van 36 jaar voerde Ruud de Groot langs een indrukwekkend rijtje clubs, waaronder VVSB, Quick Boys en SJC. Warme herinneringen bewaart hij vooral aan zijn VVSB-tijd. De voormalige oefenmeester -in het bezit van het diploma Coach Betaald Voetbal- was ooit parttime bondscoach van de vrouwen en assistent bij ADO Den Haag, maar had geen ambities om het hogerop te zoeken. Zijn maatschappelijke loopbaan ging voor. “Ik denk dat ik de juiste keuze heb gemaakt.”

Het gesprek vindt plaats op het zonovergoten vlonderterras achter zijn huis, met uitzicht op een beekje. Voor ons langs zwemmen eendjes, aan de overkant zoekt een kat zijn weg door de struiken en in de bomen kwetteren de vogels. Mooie plek om te genieten van je pensioen, zou je denken. Maar niets is minder waar. Ruud de Groot (67) zit hier zelden. Ondanks zijn gevorderde leeftijd leidt de energieke Noordwijker een druk bestaan. Hij verzorgt trainerscursussen TC2 bij de KNVB, geeft cursussen bij de Haagse Academie voor Lichamelijke Opvoeding, is voorzitter van de VVON district West 2, doet wedstrijdanalyses voor topklasser IJsselmeervogels, loopt wekelijks een paar keer hard en is regelmatig rond de velden te vinden. En, oh ja, hij past ook nog twee dagen per week op, op kleinzoon Mats van 6.

Verdienstelijke rechtsback
Met zichtbaar genoegen verhaalt De Groot over zijn leven in de voetballerij, dat begon als verdediger bij ZLC (gefuseerd tot FC Rijnland, red.), gevolgd door Holland Sport en UVS. “Ik was een verdienstelijke rechtsback – met de nadruk op verdienstelijk. Verdedigend beter dan opbouwend. Ondanks mijn geringe lengte van 1.70 meter kon ik aardig springen; ik heb heel wat luchtduels uitgevochten.” Trainer was hij eigenlijk altijd al. “Toen ik 17 was, trainde ik de E’tjes van UVS. Dat vond ik zo leuk dat ik daarin verder wilde.”

De laatste jaren combineerde hij het spelen met het trainerschap. Op een gegeven moment was dat niet meer te doen en moest De Groot een keuze maken: hij hing de kicksen aan de wilgen. Na ZLC en RCL coachte hij de eerste elf van Lugdunum, waarna hij terechtkwam bij Wilhelmus. “Een toptijd! In het eerste jaar werden we direct kampioen. Ik zal nooit vergeten hoe we de beslissingswedstrijd tegen Papendrecht met 2-0 wonnen. Acht jaar heb ik daar gezeten, vier keer eindigden we bij de eerste drie.” Van Wilhelmus verkaste hij naar Aalsmeer, dat destijds hoofdklasse speelde, en in de tussentijd haalde hij het diploma Coach Betaald Voetbal. Overdag werkte hij als gymnastiekdocent op het huidige ROC in zijn geboorteplaats Leiden.

In 1996 kreeg De Groot de kans assistent-trainer van ADO te worden, onder Mark Wotte. Na twee jaar Den Haag stond hij opnieuw voor een belangrijke keuze: het betaald voetbal of een baan in het onderwijs. Hij koos voor het laatste en heeft daar tot op de dag van vandaag nooit spijt van gehad.

Kampioensfoto
VVSB was de eerste Bollenstreekclub die De Groot onder zijn hoede kreeg. “Het klikte vanaf de allereerste minuut. Ze hadden lang tegen de 2e klasse aangehikt en toen ik kwam, werden we meteen kampioen. De sfeer binnen die club was geweldig. Gerard Heemskerk, destijds voorzitter, is een topgozer! Andere namen die me te binnen schieten zijn die van spits Mark Ens en Marek Kujach, de keeper. Zij waren dat jaar overgekomen van Lisse. Op het middenveld liep Paul Warmerdam, de aanvoerder. Onze speelwijze? Aanvallend en achterin 1 op 1. In het seizoen 1998/’99 wonnen we alles wat er te winnen viel, inclusief de Districtsbeker. Achteraf gezien had ik langer moeten blijven dan twee jaar. Maar ik kreeg een aanbieding van Quick Boys die ik niet kon weigeren.” Hij valt even stil. Dan, grijnzend: “In de kantine in Noordwijkerhout hangt een levensgrote kampioensfoto aan de muur waar ik op de schouders zit van de spelers. Ik hoop dat ze die nooit meer weghalen.”

Over zijn tijd op Nieuw Zuid kan hij kort zijn. Hij had voor twee jaar getekend, maar kreeg al na een seizoen van toenmalig voorzitter Jaap Kuijt te horen dat hij mocht vertrekken. “We hadden best een goed elftal en presteerden niet onaardig maar de klik ontbrak. Uiteindelijk is het een arbitragezaak geworden, want ik had nog een contract.” De volgende halte was SJC, waar De Groot vier jaar werkte. In het laatste jaar pakte hij de titel. Daarna kwam het Voorburgse Tonegido en daar sloot hij, toen die vereniging in 2012 werd opgeheven, zijn trainerscarriere af. Aansluitend was hij nog twee jaar coördinator bij GHC.

Balletjes breed
Het voetbal is aan het veranderen, stelt de oud-gymleraar na bijna drie uur praten vast. “Het is veel sneller geworden, beter, geavanceerder. Al dat gezeur over dat het vroeger zo goed was vind ik onzin. Tegenwoordig moeten de spelers alle aspecten beheersen, het spelletje is tactisch helemaal uitgekleed. Ook de fysieke kwaliteiten worden steeds belangrijker. Laatst was ik bij vv Noordwijk en zag ik bij de doelen camera’s staan; alle wedstrijden worden opgenomen. Dat had je in mijn tijd niet.”

Hij brengt ‘De Hollandse voetbalschool 2.0’ ter sprake, een masterplan dat daags voor het interview door de KNVB is gepresenteerd. In het plan staan elf actiepunten die de sport een boost moeten geven. “Ik vind: we moeten niet zo vasthouden aan de Nederlandse voetbalcultuur. Positiespel moet geen doel zijn, maar een middel. Wég met die balletjes breed, die je tegenwoordig bij Ajax zo vaak ziet. Diepte gaat wat mij betreft boven breedte. Dat betekent niet dat je alleen maar de lange bal speelt, nee, probeer via combinatiespel – inspelen, kaatsen, het spel verleggen naar de zijkanten- tot een aanval te komen.”

Voetbaldier De Groot hoopt nog lang in het wereldje actief te zijn. “Met je poten op het veld staan is het leukste dat er is. Maar ik heb geen aspiraties meer in die richting. Ik heb genoeg te doen en zie wel wat er verder op mijn pad komt.”

Tekst: Jaap van Ekeris

POPULAIRE BERICHTEN