Hij kwam na vier jaar Foreholte weer terug op het oude nest. Samen met trainer Kees Zethof maakte Matthijs Guijt de overstap naar SJC. Hij begon dit seizoen op de bank, maar staat sinds een aantal duels onder de lat bij de Noordwijkers. Zijn ploeg maakt tot nog toe een wisselvallig seizoen door. De laatste twee wedstrijden werden gewonnen. Tegen Soest moeten het er drie op een rij worden.

Wat opvalt bij SJC is de grote hoeveelheid tegentreffers. Maar liefst 25 keer moest er gevist worden. Volgens Guijt is de oorzaak een combinatie van factoren. ,,Naast een nieuwe speelwijze in balbezit, hebben we nu ook een andere manier van verdedigen dan onder Laurens Mouter. De spelers moeten hier aan wennen, dat heeft tijd nodig. Maar we hebben ook een aantal goals simpel weggegeven. Het gaat gelukkig steeds beter. Alleen zondag vielen er toch weer te gemakkelijk vier in.”

Toch ziet de sluitpost dat de zwartwitte brigade steeds beter gaat marcheren. ,,We hebben al veel stappen gemaakt. De geluiden die ik hoor van de spelers zijn ook positief, dat is belangrijk. Het begint er natuurlijk mee dat wij als spelers achter de speelwijze staan. Het is wennen, maar we hebben in veel wedstrijden ook zelf nagelaten om de kansen af te maken. Wanneer we dit wel gedaan zouden hebben, weet ik zeker dat we hoger gestaan hadden. Wat dat betreft is puur naar de stand kijken heel zwart/wit.”

Vaste klant

SJC, dat de afgelopen jaren een vaste klant was in de nacompetitie voor promotie naar de Hoofdklasse, moet op toeren gaan komen, anders is de kans aanwezig dat de ploeg met lege handen achterblijft. ,,Het is logisch dat mensen denken dat nacompetitie weer de doelstelling is”, zegt Guijt. ,,Maar de trainer houdt daar niet van, dat legt alleen maar meer druk op de groep wanneer het even niet loopt. We hebben gezegd dat we in de winterstop kijken waar we staan, dan hebben we ook iedereen een keer gehad. Als we in de komende drie wedstrijden negen punten zouden pakken, komen we weer in de buurt.”

Het bevalt Guijt prima om weer terug te zijn aan de Lageweg. ,,De meeste spelers kende ik nog van voor mijn periode bij Foreholte. Ook met de spelers die ik persoonlijk niet kende, klikt het goed. Dat maakt het voor mij heel makkelijk om weer in te stromen. Uiteraard was het de eerste weken van de competitie op sportief gebied niet zoals ik het me voorgesteld had, maar SJC is veel meer dan dat. Het sociale aspect is minstens zo belangrijk en daar voel ik me goed bij.”

Het sociale karakter maakte dat Guijt ook zo goed bij Foreholte paste. ,,Ik heb het daar vier jaar heel erg naar m’n zin gehad en veel mooie momenten meegemaakt. Maar ze wisten ook dat ik de ambitie had om het een niveau hoger te willen proberen. Op het moment dat SJC dan belt, en je denkt zelf dat je een reële kans op het eerste maakt, dan moet je die kans pakken. De jongens bij Foreholte blijven vrienden en ik spreek en zie ze nog wekelijks, maar zo’n kans krijg je misschien niet meer.”

Concurrentiestrijd

Bittere pil voor Guijt was dat Zethof aan het begin van het seizoen koos voor Robin Otten. ,,Tijdens de gesprekken werd al aangegeven dat ik niet als eerste keeper gehaald zou worden, maar dat het een open strijd zou zijn. Ik ken Robin redelijk goed en we wilden allebei de concurrentiestrijd aangaan. Na de voorbereiding koos de trainer voor Robin. Wel met de toevoeging dat we heel dicht tegen elkaar aanzitten en dat het geen definitieve keuze was. De eerste week was ik vooral teleurgesteld, daarna is de knop omgegaan en heb ik mezelf op de trainingen en in wedstrijden in het tweede proberen te laten zien. Na zes duels, voor de wedstrijd tegen Woerden, kreeg ik te horen dat ik voorlopig de eerste keeper ben. Aan mij de taak om dat te blijven.”

Vindt hij zichzelf een betere keeper dan vier jaar geleden? ,,Degene die dit het beste in kan schatten is m’n keeperstrainer bij SJC (Richard Harteveld), die was dat ook al voor ik naar Foreholte ging. Maar de afgelopen vier jaar heb ik daar wekelijks in het eerste gespeeld, daar wordt iedereen beter van. Ik denk dat ik vooral rustiger geworden ben, waardoor ik me nog meer bezig kan houden met het neerzetten van teamgenoten. Daarnaast heb ik van zowel Mo (Bougrine) als van Kees dingen opgepikt. Zo heeft Kees bijvoorbeeld twee jaar geleden gezegd dat ik gewoon uit m’n goal moest komen bij voorzetten in de ‘vijf meter’. Als ik er dan een keer naast zou zitten, was dat niet erg. Als je zelf merkt dat dit goed gaat, krijg je automatisch ook meer vertrouwen.”

Van SO Soest weet de doelman weinig. ,,Ze staan twee plaatsen onder ons, dat weet ik. Wij kijken ook nooit naar de tegenstander. We willen elke wedstrijd ons eigen spel spelen en dan zijn wij ervan overtuigd dat we van iedereen kunnen winnen. Wat is er mooier dan in een thuiswedstrijd te laten zien dat die vier treffers van vorige week een incident waren en het publiek een mooie wedstrijd voor te schotelen?”

Tekst: Tom van der Wilt

Foto: Johanna Wever

POPULAIRE BERICHTEN