Edwin Grünholz vertrekt na dit seizoen bij Quick Boys. Dat heeft de Katwijkse club maandagochtend bekendgemaakt. Na een samenwerking van bijna vier jaar ‘willen beide partijen verder kijken’.
De 53-jarige Grünholz slaagde recent voor de cursus coach betaald voetbal, waardoor hij gerechtigd is om als hoofdtrainer in het profvoetbal te werken. De voormalig zaalvoetbalinternational staat momenteel met Quick Boys bovenaan in de Jack’s League. Na een dramatisch einde van vorig seizoen is dat een knappe verbetering: toch rustte er op Nieuw Zuid ook nog wel regelmatig kritiek op het spel van Quick Boys.
Grünholz spreekt op de clubsite van ‘een geweldige leerschool’. “Ik ben blij dat ik hier de kans heb gekregen om op het hoogste amateurniveau werkzaam te kunnen zijn en mezelf verder te ontwikkelen als trainer. Quick Boys is een fantastische club die continu in beweging is. Maar ook niet de makkelijkste. Voor mij een geweldige leerschool natuurlijk. Ik hoop nu de volgende stap in mijn carrière te kunnen maken, maar men kan erop vertrouwen dat we er met elkaar alles aan doen wat binnen onze mogelijkheden ligt om het huidige seizoen succesvol af te sluiten.”
‘Veel zaken geprofessionaliseerd’
Quick Boys zegt op zijn beurt de Hagenees dankbaar te zijn. “Edwin heeft heel veel zaken rondom het eerste elftal verder geprofessionaliseerd”, aldus bestuurslid technische zaken Gert Pluimgraaff. “Er zijn daarin grote stappen gezet. Hij heeft ook altijd het vertrouwen genoten van de clubleiding. Niet heel veel trainers kunnen zeggen dat zij vier jaar werkzaam zijn geweest op Nieuw Zuid. In samenwerking met de Technische Commissie en de scouting heeft Edwin een zeer belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling die de hoofdmacht heeft doorgemaakt sinds de promotie naar de Tweede Divisie.”
Eerder werkte Grünholz als hoofdtrainer bij Haaglandia en Westlandia en in diverse functies bij ADO Den Haag. Hij nam in 2019 het trainersstokje bij Quick Boys over van Erik Assink, die met de blauw-witten via de nacompetitie promoveerde naar de Tweede Divisie.
Foto: Hubert Habers