Beroepsgroepen als doctoren, advocaten en notarissen genieten een groot maatschappelijk aanzien. Voor voetbaltrainers ligt dat iets dat anders. Degene die voor dit vak kiezen stellen zich bloot aan de hoon van het brede publiek, de waan van de dag en de zucht van (lokale) media naar sensatie en achterklap. Ondanks hun totaal verschillende maatschappelijke status hebben doctoren, advocaten, notarissen én voetbaltrainers een belangrijke overeenkomst: ze beoefenen allen een beschermd beroep. Een beroep waarvoor diploma’s nodig zijn om het te mogen uitoefenen.
Ik was dan ook erg blij toen ik vorig seizoen te horen kreeg dat ik was toegelaten tot de opleiding UEFA A/Trainer Coach I. Inmiddels heb ik deze opleiding nagenoeg afgerond en deel ik graag mijn ervaringen. Als ik met andere trainers spreek over de KNVB krijg ik vaak het gevoel dat ik naar een praatprogramma over politiek zit te kijken. Goede politici bestaan niet, voor bondsofficials geldt hetzelfde. Visie? Evenals bij politici is dat bij de KNVB ver te zoeken. En net als politici snappen ze er bij de KNVB helemaal niks van hoe het er in de praktijk aan toegaat. Als je maar lang genoeg luistert, krijg je steeds meer het idee dat de KNVB een soort laatste rustoord is voor mislukte voetbaltrainers zonder competities, kennis en energie. En dan wel bijna € 10.000,- vragen voor een ‘opleidinkje’ die je min of meer verplicht moet volgen.
Ooit leerde iemand mij de formule: tevredenheid = prestatie -/- verwachting. Op basis van de bovenstaande verwachting is het misschien niet onlogisch dat ik na 10 maanden ‘in de schoolbanken’ in Zeist toch met een behoorlijk tevreden gevoel terugkijk op de opleiding. Ik zie het trainerschap als een holistisch vak waarin kennis over een groot aantal aspecten van belang is. Ik denk daarbij niet alleen aan speelwijzes, formaties en trainingsmethodes, maar ook aan mentale aspecten, fysiologie, managementvaardigheden en kennis van moderne hulpmiddelen zoals video-analyse, fysieke data, enzovoorts. De KNVB heeft een poging gedaan om al deze elementen in de opleiding UEFA A te verwerken en is daar naar mijn mening vrij goed in geslaagd. De meest leerzame momenten waren voor mij echter de praktijksessies met leercoach Wiljan Vloet. Een echte vakman met ruim 20 jaar ervaring in verschillende functies in het betaalde voetbal die mij heeft geboeid en geïnspireerd.
,,Allereerst zou ik willen voorstellen om het aantal praktijksessies te verhogen.”
De KNVB staat er bij mij dus een stuk beter op dan bij veel van mijn collega’s, maar ook ik kan zeker een aantal punten noemen waarop de opleiding zich naar mijn mening kan verbeteren. Allereerst zou ik willen voorstellen om het aantal praktijksessies te verhogen. Niet alleen door mij, maar ook door mijn mede-cursisten zijn deze sessies als het meest waardevolle onderdeel van de opleiding ervaren. Meer het veld op dus. Meer feedback krijgen op je eigen handelen in de praktijk. De meer theoretische onderdelen van de opleiding zoals fysiologie zouden wat mij betreft vooral uit thuisstudie moeten bestaan. Voor degene die hier moeite mee hebben, zouden aanvullende modules aangeboden kunnen worden. Niet als onderdeel van, maar náást het reguliere opleidingsprogramma. Zo ontstaat er ruimte in het programma voor meer praktijksessies.
Een ander verbeterpunt is naar mijn mening gelegen op het punt van innovatie. Voor de meeste onderdelen binnen de opleiding zijn er strak omlijnde leerdoelen, opdrachtbeschrijvingen en invulformulieren die gebruikt kunnen worden voor de opdrachten. Dit is natuurlijk erg prettig omdat de KNVB haar cursisten hiermee duidelijkheid verschaft en faciliteert om zo goed mogelijk invulling te geven aan de verschillende opdrachten. De keerzijde is echter dat de denkrichting al zodanig vooraf is bepaald dat de noodzaak tot creativiteit vanuit de cursist ontbreekt. Hiermee ontstaat een eindproduct die voorspelbaar is voor de KNVB en dat is volgens mij nou juist precies wat zij niet moeten willen.
,,Met Virgil van Dijk en Frenkie de Jong hebben we weer spelers die actief zijn in de Europese top. Maar voor de laatste Nederlandse trainer die actief was in de Europese top moeten we flink terug in ons geheugen.”
Als voorbeeld zou ik de ontwikkeling van speelwijze willen noemen. De KNVB heeft de visie dat deze ontwikkeling het beste vorm gegeven kan worden door middel van partijspellen elf tegen elf op een volledig speelveld. Eén van de examenonderdelen, het geven van een training, is hier volledig op ingericht. Als we echter kijken naar succesvolle ploegen als Liverpool en Atletico Madrid trainen die naar verluidt slechts een heel beperkt deel van de tijd in een dergelijke vorm. En dat zijn toch vrij succesvolle ploegen in het Europese topvoetbal met een herkenbare en eigentijdse speelwijze. Er zijn dus meerdere wegen die naar Rome leiden. Mijn advies aan de KNVB zou in dit kader zijn om cursisten niet langer te leren om zo goed mogelijk over de gebaande paden te lopen, maar vooral om nieuwe paden te ontdekken. Met Virgil van Dijk en Frenkie de Jong hebben we weer spelers die actief zijn in de Europese top. Maar voor de laatste Nederlandse trainer die actief was in de Europese top moeten we flink terug in ons geheugen. Het is de hoogste tijd voor een nieuwe generatie Nederlandse toptrainers!
Foto: Peter Teunissen
Lees ook: ‘Leden FC Lisse stemmen unaniem in met nieuwbouw‘