Door vijf vragen te stellen beschouwen we kort voor met een speler of trainer op de eerstvolgende wedstrijd van zijn club. Deze week kijkt Ismail Celen vooruit op Rijnsburgse Boys – DVS ’33 Ermelo. Rijnsburg heeft wat goed te maken tegen DVS ’33. Eerder in het seizoen werd er aan de rand van de Veluwe met 3-0 verloren van de debutant in de Topklasse.

Hallo Ismail. Begin van dit seizoen verloren jullie dus in Ermelo. Speelt dat mee morgen?
,,Ja, we hebben wel degelijk wat goed te maken voor onze supporters tegen DVS. Het was toen de tweede wedstrijd van het seizoen. We begonnen nog zo flitsend met een overwinning op Spakenburg. In Ermelo zijn we gewoon verslagen door een goede ploeg. Zeker hoe het nu loopt met al die gelijke spelen willen we heel graag die drie punten halen. Daar zijn we gretig genoeg voor.”

En dan ga je ook wat lekkerder de winterstop in lijkt me?
,,Dan smaakt het kerstdiner net wat beter hè? Nee maar serieus, drie punten pakken is altijd fijn.”

Hoe kijk jij terug op de eerste seizoenshelft van Rijnsburgse Boys?
,,Ik had het wel iets anders verwacht qua prestaties. We hebben teveel gelijk gespeeld. Goed, je verliest niet, maar al die gelijke spelen zijn er veel te veel. Het is de bedoeling dat we het in de tweede seizoenhelft zo snel mogelijk genoeg punten pakken voor die top 7. We moeten het onszelf niet onnodig moeilijk maken. Daarom is elke wedstrijd een finale voor ons.”

Je speelt nu zelf een half jaar in Rijnsburg. Hoe bevalt het je bij Rijnsburgse Boys?
,,Ik had het niet zo mooi en leuk verwacht als dat het nu is. Ik beleef zo veel plezier aan voetballen bij Rijnsburgse Boys en alles er om heen. Bij de club is alles übertop geregeld. Je hoeft als speler nergens meer naar om te kijken en je kan je alleen richten op het voetballen. We hebben alleen nog wat mooiere resultaten nodig om het nog leuker te krijgen. Winnen maakt hier nog meer los denk ik.”

Vlak na je komst naar Rijnsburgse Boys werd je vergelijken met de Italiaanse voetballer Pirlo. Hoe vond je dat?
,,Ja, dat is mooi man! Dat geeft wel wat power in je reet. Pirlo is een wereldster. Hij is één van mijn idolen. Dat andere mensen dan een vergelijking gaan maken tussen jou en Pirlo, dat is echt mooi. Toevallig liet ik mijn haar wat groeien in de zomer en begon ik misschien een beetje qua uiterlijk op hem te lijken. Het komt verder natuurlijk ook door de positie op het veld. We zijn allebei middenvelders. Ik ben een echte winnaar en wil graag simpel spelen, de juiste keuzes maken. Dat soort dingen. Pirlo heeft dat ook, die rust op het veld. Ik houd daarvan. Als ik bij een wedstrijd of training het veld op kom lopen dan roepen kinderen heel vaak “Pirloo, Pirloo”, naar mij. Volgens mij weten ze amper hoe goed die voetballer is, haha! Maar ik ben wel blij met die bijnaam hoor.”