Het zijn publieksvoetballers pur sang en spelers van het grote verlangen. Martin van Eeuwijk en Jeffrey Jongeneelen. Als ze aan de bal zijn met hun fraaie linker, is er altijd de hoop dat er iets moois gaat gebeuren. Ooit vierden ze successen bij Katwijk in wat beiden het beste elftal noemen waarin ze gespeeld hebben. Zaterdag staan de spelmakers tegenover elkaar op Ter Specke.

VIDB vond de kraker tussen FC Lisse en Rijnsburgse Boys een mooie aanleiding om met de voormalig ploeggenoten een dubbelinterview te doen. En dus spraken we af bij hotel Van der Valk in Sassenheim, een centraal punt tussen de woonplaatsen van Van Eeuwijk (Lisse) en Jongeneelen (Katwijk). Als ze elkaar treffen, vindt er een korte maar innige omhelzing plaats. Gelijk raken ze in gesprek. Over de lichte blessure van Van Eeuwijk en of de wedstrijd van zaterdag vanwege het winterweer wel doorgaat.

,,Onze verstandhouding is altijd prima geweest”, vertelt Jongeneelen. ,,Het was niet zo dat we dagelijks bij elkaar op de koffie gingen. Maar wel gewoon via de app altijd contact gehad. In de loop van de jaren ebt het wel wat weg, maar als je elkaar tegenkomt, dan is het altijd goed.” In dit dubbelinterview leggen we Jongeneelen en Van Eeuwijk vier stellingen voor. In deel 1 worden de eerste twee beantwoord, in deel 2 komen de andere twee stellingen aan bod.

Stelling 1:
Martin/Jeffrey had gezien zijn kwaliteiten in het betaalde voetbal horen te spelen. 

Beide spelers hebben niet lang nodig om na te denken en stellen volmondig ja. Ze steken niet onder stoelen of banken elkaar als voetballer heel hoog te hebben zitten. ,,Ik heb met veel goede voetballers mogen spelen, maar zeker in het amateurvoetbal heb ik zelden iemand gezien die zo makkelijk passeert als Jeffrey”, stelt Van Eeuwijk. 

Jeffrey, jij was actief in de jeugdopleiding van ADO Den Haag. Kun je kort schetsen hoe dat gelopen is?

,,Ik speelde in het tweede en deed toen nog een opleiding. Het was zo dat ik kon blijven op amateurbasis. De vergoeding was echter niet zoals ik graag had willen zien. Ik heb toen een keuze moeten maken: of alles op het voetbal zetten, of een opleiding volgen. Ik zag bij ADO niet echt meer perspectief. Dus toen heb ik uiteindelijk voor school gekozen.”

Heb je daar geen spijt van?

,,Als je het zo bekijkt…Dingen gaan zoals ze gaan. Maar als ik vroeger misschien iets meer geduld had gehad, had het misschien anders gelopen.”

Is er daarna nog wel eens interesse geweest?

,,Ja, wel wat. Van Sparta en Go Ahead Eagles onder meer, maar het is nooit tot een proefperiode gekomen. Ik heb nooit wat van de clubs zelf gehoord. Die trainer van Excelsior ’31, Dennis Demmers, ging op gegeven moment naar Go Ahead Eagles. Toen gingen er wat verhalen, verder niet. Datzelfde geldt voor de geruchten over Heracles.”

Martin, jij hebt bij Feyenoord gespeeld.

,,Bij mij is het wat anders gelopen. Op 12-jarige leeftijd ging ik naar Feyenoord. In de B-tjes ging ik alweer terug. Toen is het wat minder gegaan, was het plezier in het spelletje weg. Tot de senioren ben ik wat lager gaan spelen bij Teylingen. Dat verhaal is bekend. Daarna heb ik weer de stap omhoog gemaakt naar Lisse.”

Was je het er mee eens dat je weg moest?

,,Jawel. Het laatste seizoen speelde ik weinig en toen kwamen er ook nog eens bezuinigingen. De A2 en de B2 gingen weg. Dan blijven de sterksten van dat moment over.”

Zijn jullie eigenlijk twee identieke voetballers? Allebei links, allebei creatief?

Jeffrey: ,,Identiek denk ik niet. Martin is wat creatiever met steekpassjes en één-tweetjes. Ik ben meer van de individuele acties.”

Jij hebt ook iets meer diepte in je spel, denk ik?

,,Ook dat. Dat komt ook door de posities. We spelen niet op dezelfde plek.”
Martin: ,,Ik denk dat we beiden op rechts en op ’10’ kunnen spelen, alleen vullen we het anders in. Hij kan vanaf dertig meter een man passeren, en een doelpunt maken. Met mijn spel kan ik dat niet.”

Hoe was die tijd samen bij Katwijk?

Martin: ,,Ik vond het echt een mooie tijd. We hadden een uniek team. De prestaties waren ook heel erg mooi.”

Jullie hadden wel wat klasbakken voorin met Jeffrey op rechts, Van Oijen op links en jijzelf op ’10’.

Jeffrey: ,,Ja, en Gini (Sahadewsing) niet te vergeten. Hij stond ook vaak op links. De trainer (Cees Bruinink) wisselde nog wel eens wat. Iedereen wist wat-ie moest doen en waar-ie goed in was. Daarin groeiden we na de winterstop steeds meer naar elkaar toe. Op gegeven moment stonden we negen of tien punten voor, met nog vier wedstrijden. Het was niet meer de vraag of, maar wanneer we kampioen zouden worden.”

Was dat het beste team waar jullie in hebben gespeeld?

Jeffrey: ,,Ja! Het klinkt een beetje cliché, maar het was een goede mix van talenten en een aantal ervaren spelers zoals Jordy Zuidam, Atam Koroglu en Marcel Huisman. En Joost Leonard natuurlijk, die al begin dertig was.”
Martin: ,,Dat denk ik wel.”

Jij ging precies op tijd weg, Martin?

,,Dat is altijd achteraf. Daarna hebben ze het ruimschoots goed gemaakt.”

Had je het op dat moment ooit kunnen bevroeden dat jullie zouden gaan degraderen, Jeffrey?

,,Nooit. Als ik terugkijk, denk ik: hoe heeft het ooit zover kunnen komen? Maar het is toch gebeurd. Waar het aan lag? Zo lastig te zeggen. Van de basis verloren we vier spelers, waaronder Jordy, Martin en Marcel. Dat was wel even schrikken.”

Is Katwijk nog steeds jouw club, ondanks dat je nu voor Rijnsburgse Boys speelt? Of is dat iets verwaterd?

,,Er zijn wel meer jongens die succes bij Katwijk hebben gehad. Het is wel dé club die me heeft gevormd tot de speler die ik nu ben. Toen ik binnenkwam was ik niets. Vervolgens heb ik een aantal mooie prijzen weten te winnen, en heb ik opnieuw een mooie club gevonden.”

Jongeneelen en Van Eeuwijk in een eerder onderonsje: Katwijk – Rijnsburgse Boys

Veel mensen dachten: misschien gaat hij na één seizoen wel terug. Maar je had al snel weer verlengd.

,,Er wordt altijd hier en daar wel wat over gezegd. Vorig jaar was er ook al wat in de media gekomen over wel of niet blijven bij Katwijk. Ik heb toen niet voor niets de keuze gemaakt om weg te gaan, omdat ik voor mijn gevoel niet genoeg speeltijd kreeg. Het is het volste recht van de trainer om mij er naast te zetten, maar dan maak ik zelf ook de beslissing om weg te gaan. Tot op de dag van vandaag heb ik daar geen spijt van.”

Je sprak net over de media: je bent vorig jaar veel in het nieuws geweest, en begin november weer met het steenincident na de wedstrijd tegen Quick Boys. Is dat irritant?

,,Aan de ene kant is het begrijpelijk. Het is het werk van de journalisten. Maar van die hele soap en met name de vragen rond dat blijven of vertrekken bij Katwijk werd ik op gegeven moment echt kotsmisselijk. Dat liep zelfs na het seizoen nog door. En dat incident na Quick Boys-thuis, daar hoef ik eigenlijk niets meer over te zeggen. Het is gebeurd, treurig. Maar ik lig er niet wakker van.”

Jullie type spelers lijkt wel meer in het nieuws te zijn dan een doorsnee balafpakker?

Martin: ,,Misschien zijn wij spelers die altijd voor het publiek, voor het oog, iets moois willen doen. Dat is waar de mensen voor komen kijken. De ene keer zal dat beter lukken dan de andere keer. Maar we blijven het proberen.”

Daardoor ben je ook kwetsbaarder, want als het niet lukt, krijg je veel mensen over je heen? 

Martin: ,,Meestal is dat wel zo. Als je acties niet lukken, je speelt een mindere wedstrijd en je verliest, dan krijg je ook wel eens de andere kant van het verhaal.”

Stelling 2:
Samen in één team zouden we elk team uit de Derde Divisie lachend kampioen maken. 

Van Eeuwijk en Jongeneelen reageren heel stellig. Beiden antwoorden ze nee. Het niveau in de Derde Divisie is hóóg, en hoewel ze van elkaar onder de indruk zijn, realiseren ze dat er veel meer voor nodig is om bovenaan te eindigen.

Martin: ,,Je wordt niet vaak kampioen in je leven. Als je het een paar keer meemaakt, is het al heel mooi. Alles moet kloppen. Dat hangt niet af van twee spelers.”

Tegelijkertijd moet je wel creativiteit hebben, toch?

Jeffrey: ,,Wat Martin zegt, het totaalplaatje moet kloppen. Als alles goed staat en het loopt, dan heb je spelers nodig die het verschil kunnen maken. Dat ging in die jaren bij Katwijk vrij goed.”

Hoeveel van ‘jullie’ types kun je in een elftal hebben?

Jeffrey: ,,Weet ik niet, ik ben geen trainer. Maar ik denk niet dat je met vijf Van Eeuwijks of Jongeneelens kan spelen.”

Maar bij Katwijk speelden jullie ook met Van Oijen, Sahadewing, Van Eeuwijk en Jongeneelen.

Jeffrey: ,,Daarachter had je wel slopers, en een flink slot achter de deur.”
Martin: ,,Het kan wel. Maar balans moet er altijd zijn. Dat hadden we toentertijd bij Katwijk.”

Robbert de Ruiter zei vorige week op VIDB dat het team moet begrijpen dat jij het verschil kan maken, maar dat jij tegelijkertijd heel goed moet begrijpen dat jij het team nodig hebt. Wat vond je van die uitspraak?

Martin: ,,Ja, dat is logisch. Je moet altijd het beste uit de kwaliteiten van de selectie proberen te halen. Dat probeert hij te zeggen. Ik kan me daar wel in vinden.”

Jeffrey, wat is jouw mening daarover?

,,Ik heb het gelezen en ben het daar wel mee eens. Als Martin in goeden doen is, kan hij voor Lisse het verschil maken. Ik denk ook dat Martin beseft dat hij alleen het verschil kan maken als het team hem daarin ondersteunt. Als de jongens van Lisse dat ook begrijpen, kunnen ze heel ver komen.”

Is Martin in goeden doen één van de beste spelers uit het amateurvoetbal?

Jeffrey: ,,Dat denk ik wel. Ik heb veel spelers gezien, maar Martin is toch een speler met specifieke kwaliteiten. Je krijgt hem niet van de bal af en hij heeft altijd oog voor de steekpass. Dat is voor een aanvaller, zeker toentertijd bij Katwijk, heel lekker als je 1 op 1 kan worden gezet.”

Konden jullie het goed vinden in het veld?

Jeffrey: ,,Ja zeker. Althans, dat is mijn mening.”
Martin: ,,Absoluut. Ik heb zelf ook met veel goede voetballers mogen spelen gelukkig, maar ik heb zelden iemand gezien die zo makkelijk een man passeert. Het liefst gaat hij binnendoor, maar ook al weet je dat als verdediger, hij heeft altijd de gave om je op je verkeerde been te pakken. Dat zie je niet veel, en helemaal niet in het amateurvoetbal.”

Eigenlijk zie je steeds minder voetballers die een man kunnen passeren.

Jeffrey: ,,Ik denk wel dat het voetbal veranderd is. Je ziet ook in het amateurvoetbal dat teams steeds beter worden en dat de accenten toch steeds vaker op het verdedigen worden gelegd.”

Dat is een jammerlijke ontwikkeling, toch?

Jeffrey: ,,Zo gaat dat nu eenmaal.”
Martin: ,,Hoe hoger je gaat spelen, hoe meer je dat gaat krijgen, denk ik. Het is in het amateurvoetbal vaak zo, zelfs in de Derde Divisie, dat als je achterkomt tegenstanders meteen het slot op de deur gooien.”

Martin, ben je eigenlijk nóg beter in de zaal?

,,Dat vind ik lastig te zeggen. Ik vind het allebei leuk. In de zaal heb je meer balcontacten, dat is een feit, en hoef je minder meters te overbruggen.”

Wat is nu de status van het zaalvoetballen?

,,Ik heb van FC Lisse toestemming nodig en dan mag ik zaalvoetballen. Het zal alleen niet al te vaak meer gebeuren dit seizoen, verwacht ik.”

Je vindt het te mooi om te zeggen: ‘ik doe het helemaal niet meer’?

,,Het team waarvoor ik uitkom, speelt vaak zaterdagavond. Het komt nog wel eens voor dat ik na de wedstrijd van FC Lisse vraag of ik mee mag doen. De ene keer zeggen ze ja, de andere keer nee. Het ligt een beetje aan de situatie. Het gaat nu wat minder.”

Maar het is Eredivisie-niveau toch? Kan dat überhaupt wel? Eerst negentig minuten op het veld spelen en nog dezelfde avond in de Eredivisie zaalvoetballen?

,,De overgang van het veld naar de zaal is makkelijker dan vice versa. Je hoeft veel minder meters te overbruggen. Andersom zou het een stuk moeilijker worden.’

Hoe kijk je zelf terug op je vertrek bij Rijnsburgse Boys, waarin je op non-actief werd gesteld omdat je ondanks een contractueel verbod had gezaalvoetbald?

,,Het is zonde hoe het gelopen is. Ik vond het heel jammer dat we de Tweede Divisie niet hadden gehaald. Dat is in de loop van het seizoen zo ontstaan en lag niet alleen aan die laatste wedstrijd bij GVVV, al kwamen we nog met 0-1 voor. Dat is zo gelopen. Als we de Tweede Divisie hadden gehaald, had je nergens iets van gehoord. Uiteindelijk is het jammer, maar ik gun Rijnsburg het beste.”

Je hebt destijds gezegd dat het voelde alsof jij als zondebok werd aangewezen.

,,Ja klopt, dat heb ik toen gezegd. Dat ik alles over me heen kreeg omdat we het niet gehaald hadden. Dat lag niet alleen aan mij, maar aan ons allemaal.”

Zaterdag in deel 2 komen stelling 3 en 4 aan bod, beoordelen Van Eeuwijk en Jongeneelen hun trainers die ze hebben gehad, en spreken ze over de titelrace. 

Foto’s: Orange Pictures