Jim Havenaar valt met zijn neus in de boter bij FC Rijnvogels. Sneller dan verwacht is hij basisspeler geworden en zaterdag bij IJsselmeervogels (3-2 verlies) wist hij zich in de kijker te spelen met een goal en een versierde strafschop. ,,Vorig seizoen speelde ik in de Tweede Klasse waar niemand kwam kijken. Als je dan nu hier op het complex van IJsselmeervogels staat, is dat wel even anders.”

,,Genieten”, zo omschrijft Havenaar zijn eerste maanden in Katwijkse dienst. De vleugelaanvaller kwam over van TOGB, waarmee hij promotie naar de Eerste Klasse had misgelopen. In de finale van de nacompetitie werd in een waar spektakelstuk na verlenging uiteindelijk verloren van SV Hillegom.

,,Ik kwam naar Rijnvogels met het idee: ik zie het wel. Ik ga lekker hard trainen en veel proberen te leren. Het is uiteindelijk sneller gegaan dan verwacht. De eerste twee wedstrijden zat ik op de bank, en vervolgens ben ik in het elftal gekomen.”

Klassieke rechtsbuiten
Havenaar heeft als voordeel dat hij een klassieke rechtsbuiten is, eentje die nog graag de achterlijn haalt. ,,Nee, als je mij op links zet, dan is het gelijk een ‘stukkie’ minder”, grijnst Havenaar. Het hoeft niet per definitie een nadeel te zijn. In de voorste linie van Rijnvogels is er veel concurrentie, maar bijna alle voorhoedespelers kunnen op meerdere posities uit de voeten. Van Jaap van Duijn is zijn voorkeur voor de linkerflank bekend, en datzelfde geldt voor Jop Verhagen en Arno Dijkstra. Ogur Kaya, gehaald als rechtsbuiten, opereert vooralsnog op het middenveld. Het spreekt – ogenschijnlijk – allemaal in het voordeel van Havenaar.

Veel contact met trainer Hein van Heek heeft Havenaar naar eigen zeggen niet. ,,Maar dat ik het vertrouwen nu al krijg, zegt voor mij genoeg.”

Ondanks dat Havenaar in beide Rijnvogels-goals een belangrijk aandeel had, was hij niet helemaal tevreden over zijn wedstrijd op de rode kant van de Westmaat. ,,Ik baal als een stekker dat we verloren hebben. Dan maakt het geen reet uit of je scoort of belangrijk bent geweest. Ook vind ik dat ik meer had kunnen doen met de vele ruimte die ik kreeg. Mijn voorzetten waren redelijk, maar ik had meer acties kunnen maken.”

Foto: Piet van Kampen