ziezoo

Jaco van der Bent heeft niet lang nodig gehad om indruk te maken op ’t Duyfrak. De vleugelaanvaller (24) gaat inmiddels als de Amin Younes van Valken ’68 door het leven. De Duitse Ajacied werd in zijn eerste seizoen meteen een smaakmaker, en dat is precies waar Van der Bent ook op inzet ,,Na een aantal trainers die het niet helemaal in mij zagen zitten, ben ik gemotiveerd om te laten zien dat ik meer kan dan alleen maar bankzitten.”

,,Ja, de trainer heeft het nu ook al gezegd”, grijnst Van der Bent als de vergelijking met Younes ter sprake komt. Op het oog zijn er inderdaad de nodige gelijkenissen, hoewel natuurlijk van een heel ander niveau. Beide spelers zijn klein van stuk, spelen als rechtspoot op linksbuiten, trekken graag naar binnen en zijn gezegend met een goede individuele actie. ,,Ik heb even op Younes gelet. Hij is een klein, behendig dribbelaartje. Dat ben ik ook wel, dus ik kan me er wel redelijk in vinden.”

Derde club
Met Valken ’68 is Van der Bent toe aan zijn derde club. De Katwijker kwam vrijwel zijn complete voetballeven uit voor Quick Boys. Hij klopte op de deur van het eerste elftal, maar tot een definitieve doorbraak kwam het niet. Van der Bent koos vervolgens voor een overstap naar FC Rijnvogels. Op de Kooltuin kwam hij vorig seizoen echter niet uit de verf.

,,Een teleurstelling”, noemt Van der Bent zijn kortstondige verblijf van een jaar bij FC Rijnvogels. ,,Mijn verwachtingen zijn niet uitgekomen. Ik heb wel wat invalbeurten gehad, maar ben geen volwaardig basisspeler geweest. Daarvoor was ik wel naar Rijnvogels gekomen. Ik ben ook niet helemaal fit geweest, heb wat kleine blessures gehad.”

_MOM9811Van der Bent (met rugnummer elf) viert een treffer tegen Voorschoten. De buitenspeler was in de voorbereiding goed op dreef

Van der Bent blijft er nuchter onder. ,,Zo gaat dat in het voetbal. Je doet je best, maar als de trainer elf anderen opstelt, moet je wachten op een kans. Dat heb ik gedaan, maar die is helaas niet gekomen.” Dat laatste gold in zekere zin ook voor zijn laatste periode bij Quick Boys, waar hij de laatste stap niet wist te zetten. En dat terwijl hij er naar eigen zeggen wel klaar voor was.

,,Dat durf ik niet te zeggen, maar ik denk van wel”, antwoord Van der Bent op de vraag of hij goed genoeg was voor Quick Boys 1. ,,Het begin is altijd lastig, maar als je vertrouwen krijgt, kun je je plekje vinden en uiteindelijk meegaan in het niveau.” Het ultieme voorbeeld is wat hem betreft de doorbraak van Dennis van der Plas. ,,Wij hebben altijd met zijn tweeën gespeeld. Dennis viel nooit op, maar speelde altijd constant. In het eerste doet hij nu precies wat-ie in het tweede ook altijd deed. Ik gun het hem van harte, Dennis is een mooie gast. En zoals Dennis lopen er nog wel wat jongens bij Quick Boys rond die het kunnen halen.”

Voor Van der Bent is dat boek inmiddels gesloten. Hij gedijt goed in de rust bij Valken ’68. ,,Er heerst hier geen sfeer van moeten. Natuurlijk is het ook prestatiegericht, maar het gaat allemaal gepaard met gezelligheid. Dat is wel lekker na altijd bij clubs te hebben gespeeld waar de focus puur op het presteren ligt. Ik denk dat iedereen daar op gegeven moment wel een keer aan toe is.”

Hooggespannen
Toch zijn de verwachtingen rondom Valken ’68 hooggespannen. De Valkenburgers hopen het verloren terrein vlot goed te maken. ,,Het was een teleurstelling dat Valken degradeerde. De meeste spelers die zijn gekomen, hadden gehoopt in de Eerste Klasse te gaan spelen. Ik denk ook dat we dat niveau met deze groep zeker aankunnen. We hebben daarom maar één doel: en dat is zo snel mogelijk terug naar de Eerste Klasse. Het liefst doen we dat natuurlijk met een kampioenschap.”

Het rijtje nieuwelingen mag er zijn, en het is daarom gerechtvaardigd om te stellen dat de selectie een flinke kwaliteitsinjectie heeft gekregen. ,,We hebben veel oud-spelers van Katwijk en Quick Boys, die allemaal hoog hebben gespeeld. We weten elkaar makkelijk te vinden en het niveau tijdens trainingen valt me zeker niet tegen. We gaan gewoon zoveel mogelijk van eigen kracht uit: 4-3-3 spelen en hoog druk zetten. Natuurlijk heb ik de verhalen van vorig jaar gehoord, maar dit is de meest voor de hand liggende speelstijl. We hebben de kwaliteiten in huis om mooi combinatievoetbal te spelen.”

De concurrentie vindt Van der Bent lastig in te schatten. In de voorbereiding werden de degens gekruist met RCL en UVS, twee ploegen die ook hoog ingeschaald worden. ,,Op voorhand zijn dat onze grootste concurrenten”, weet Van der Bent. ,,RCL vond ik een prima ploeg. UVS maakte een iets mindere indruk, al misten zij geloof ik toen nog wel wat spelers door vakanties. Dat was bij ons echter ook het geval. Aan wedstrijden van het begin voor de voorbereiding kun je daarom nooit teveel conclusies verbinden. We weten verder ook niet echt wat er uit het Westland komt. Daar kan altijd iets verrassends tussen zitten.”

Foto’s: Saam de Mooij

POPULAIRE BERICHTEN