Danny van den Meiracker is onder de indruk van de grootte van de club Quick Boys en daarom blij dat hij volgend seizoen zijn loopbaan op topamateurniveau op Nieuw Zuid gaat afsluiten. De ervaren spits baalt wel dat de blauw-witten in deze beslissende fase van het seizoen geen rol in de titelrace spelen. Volgens hem had dat gezien de kwaliteit van de selectie zeker mogelijk geweest.

Het seizoen van Quick Boys is zowel overzichtelijk als merkwaardig te noemen. De Katwijkers begonnen sterk en verkeren nu ook weer in goede vorm met 22 punten uit de laatste acht duels. Een hele matige tussenliggende periode zorgde ervoor dat de bovenste plaatsen van de Jack’s League al snel uit zicht verdwenen. “We hebben een paar wedstrijden verloren, wat echt niet had mogen gebeuren. Thuis tegen TEC en Scheveningen bijvoorbeeld, maar ook uit bij Noordwijk. Dat zijn punten die je nu tekort komt.”

Quick Boys staat vierde, acht punten achter koploper AFC. Dat zorgt voor lichte tevredenheid, maar zeker niet voor euforie bij Van den Meiracker. “Voor Quick Boys-begrippen is het een heel goed seizoen. Het beste jaar van de club in de Tweede Divisie, al speelt Quick Boys nog niet zo heel lang op dit niveau. Maar ik had graag wat langer mee meegedaan om de titel, dat had zeker mogelijk geweest. Ik geef het seizoen een goede voldoende, maar niet meer.”

‘Maar ik ben het wel gewend, bij IJsselmeervogels en Spakenburg gebeurt ieder jaar precies hetzelfde. Dat is ook de reden dat ze al zo lang geen kampioen zijn geworden.’

Wat is volgens de spits dan de reden dat de potentie niet ten volle is benut? “Ik denk dat de verklaring is dat we als groep nieuw bij elkaar waren. Daardoor was het spel nog niet echt helemaal op elkaar afgestemd. Dit team kan echt nog heel veel beter. De laatste tijd winnen we veel, en dat is lekker, maar ik denk dat de wedstrijden niet altijd even goed waren. Als team spelen we niet heel goed samen. We winnen vooral op basis van individuele klasse.”

Van den Meiracker gelooft wel in de mogelijkheden van het huidige team. “Ik vind het jammer dat er toch wel wat jongens weggaan, ik had graag met dit team het nieuwe seizoen ingegaan”, vertelt de aanvaller. “Er valt een gat in de selectie. Er gaan zeven of acht jongens weg en er komen tot nu toe vooral jonge jongens bij. Maar ik ben het wel gewend, bij IJsselmeervogels en Spakenburg gebeurt ieder jaar precies hetzelfde. Dat is ook de reden dat ze al zo lang geen kampioen zijn geworden. Je moet een team opbouwen en stabiel zijn. Ieder jaar maximaal drie of vier spelers halen en hetzelfde aantal weg laten gaan, zoals bij Katwijk en AFC gebeurt.”

Over zijn eigen seizoen loopt Van den Meiracker eveneens niet de polonaise. “Ook een kleine voldoende. In de wedstrijden die ik heb gespeeld ben ik belangrijk geweest, maar ik heb er twee keer een paar weken uitgelegen en dat duurde langer dan verwacht. In achttien wedstrijden heb ik er tien gemaakt en vijf of zes assists gegeven. Dat is redelijk, maar hadden er meer kunnen zijn.”

Ogen uitkijken
Van den Meiracker tekende afgelopen zomer een tweejarig contract. Er was bij hem geen greintje twijfel dat hij ondanks de trainerswissel – Thomas Duivenvoorden vervangt Edwin Grunholz – op Nieuw Zuid zou blijven. “Van mijn kant zeker. Ik heb bij mooie clubs gespeeld, maar ik kijk hier echt mijn ogen uit. Als je binnenkomt en ziet hoe groot alles is, hoe iedereen meeleeft en hoeveel supporters er bij uitwedstrijden zijn…Dat vind ik zelfs bizar.”

‘Mensen roepen al zes jaar dat ik niet meer meekan op Tweede Divisie-niveau, maar ik bewijs nog altijd het tegendeel.’

Daar zit geen woord Spaans bij, wetende dat Van den Meiracker ook voor IJsselmeervogels en Spakenburg uitkwam. “Ik denk dat als je die twee clubs bij elkaar optelt je dan Quick Boys hebt. Misschien ben ik bevoorrecht omdat dit het 100-jarig bestaan van Quick Boys is, maar het is echt bizar. Elke week staat de kantine bomvol. Hetzelfde geldt voor de Business Club, die twee keer zo groot is als bij Spakenburg en IJsselmeervogels. En daarnaast is ook het complex gigantisch.”

Laatste seizoen in Tweede Divisie
Van den Meiracker gaat er nog een jaar intens van genieten en dan zwaait hij af op topamateurniveau. “Het is fysiek best zwaar. Ik heb een eigen bedrijf, een gezin met drie kinderen en woon op veertig a vijftig minuten rijden. Over een jaar heb ik zeventien seizoenen op dit niveau gespeeld, op een uitstapje naar de Eredivisie en de Jupiler League na, en ga ik lekker voetballen bij een club waar ik op het fietsje heen kan.”

De spits krijgt dus zodoende nog een jaar met Thomas Duivenvoorden te maken. De Noordwijkerhouter maakte in gesprekken reeds indruk op Van den Meiracker. “Ik denk niet dat ik bij de amateurs een trainer heb meegemaakt die er zo mee bezig is, hij gaat heel professioneel te werk.”

Duivenvoorden liet Van den Meiracker reeds doorschemeren dat hij winst wenst te pakken in de zomermaanden. “Hij wil een heel fitte selectie creëren, die ook op uithoudingsvermogen wedstrijden kan gaan winnen. Ik denk dat deze trainer jonge jongens echt beter gaat maken.” Een logische vervolgvraag is of dat bij Van den Meiracker ook zal gelden. “Dat zullen we zien, ik weet natuurlijk al veel”, grijnst de spits. “Ik ben benieuwd, ook naar hoe zwaar de voorbereiding wordt.”

Nog niet versleten
In ieder geval hoopt Van den Meiracker op dezelfde voet als dit seizoen door te gaan. Aan mensen die zeggen dat hij niet past in de nieuwe speelstijl of beter als pinchhitter kan fungeren, heeft hij geen boodschap.

“Mensen roepen al zes jaar dat ik niet meer meekan op Tweede Divisie-niveau, maar ik bewijs nog altijd het tegendeel. De nieuwe trainer legde uit dat hij vooral van balbezit wil uitgaan. Toen zei ik tegen hem: ‘dat is mooi, want dan hoef ik ook niet veel te lopen’. De trainer vond dat ik daar wel gelijk in had. Perfecter kan niet. Laat die tien jonge honden maar lopen en deze ouwe lul de ballen afmaken.”

Foto’s: Orange Pictures

Lees ook: Quick Boys versterkt zich met TOP Oss-spits Leidsman

POPULAIRE BERICHTEN