[slideshow_deploy id=’45842′] We schrijven voorjaar 1961. Een elftal veertienjarige voetballers is zojuist kampioen geworden in de ‘Afdeling Leiden’. Onder de aanstormende talenten spelers als Gerard ‘De Stip’ Duindam, (toen nog) ‘Rudie’ Bröring, Wil Spaanderman, Anton Marijt en Jaap van Kesteren. De ‘A-adspiranten’ van vv Noordwijk hebben op dat moment nog een voetballeven voor zich. Wie goed kijkt ziet op de achterste rij Van Kesteren in keeperstenue. De Van Kesteren die jarenlang de onbetwiste linksback was in het team dat de kampioenschappen aaneenreeg.

De geboren en getogen Noordwijker is nog geen tien jaar later maar liefst elfvoudig amateur-international. Niet als keeper, maar als vleugelverdediger. Zijn keepershandschoenen ruilt de talentvolle goalie al op 17-jarige leeftijd in. Oorzaak: met doelman Jaap van der Niet voor zich was een plekje in het eerste elftal in de ogen van Van Kesteren een kwestie van ‘eeuwig’ wachten.

Van der Niet was bij de bij de rood-witten op dat moment immers al jaren de onbetwiste nummer één tussen de palen en dat zou hij volgens velen nog heel lang volhouden. Zeker omdat spelers in die tijd nauwelijks van vereniging veranderde. ,,In plaats van Jaap uit het team te spelen heb ik me er als verdediger ingespeeld. We werden medespeler van elkaar en geen concurrent.” Waar Van Kesteren tot op de dag van vandaag nog bij Noordwijk is betrokken, haalde Van der Niet als scheidsrechter later het betaalde voetbal.

Twee keer debuteren
In het seizoen 1963-1964 komt Noordwijk uit in de de Tweede Klasse, destijds het hoogste niveau. Het voorgaande seizoen had de club voor het eerst beslag weten te leggen op de afdelingstitel. ,,Er zouden er hierna nog vele volgen”, herinnert Van Kesteren zich.

,,In de zomer voorafgaand aan dat seizoen had ik al een paar keer in een oefenwedstrijd tussen de palen gestaan. Dat ging wel aardig, zodat er in de uitwedstrijd tegen Voorwaarts uit Vriezenveen weer een beroep op me werd gedaan. Daar is het voor mij als keeper bij gebleven, hoewel ik Jaap later nog wel een keer vervangen heb toen hij geblesseerd uitviel tegen Rijnsburgse Boys.”

,,Als eerstejaars A-junior heb ik vervolgens het seizoen nog tussen de palen afgemaakt. Het jaar erna heb ik mijn handschoenen ingeleverd en ben ik al in de A-junioren als verdediger verder gegaan. Nog een seizoen maakte ik mijn debuut als veldspeler in het eerste.” (Voorwaarts in 1966 kampioen)

,,De laatste tocht, in 1997, heb ik wegens een meniscusoperatie helaas niet kunnen rijden.”

Hoewel Noordwijk het duel bij Voorwaarts voor 2.000 toeschouwers met 3-1 verliest zijn de kritieken over het optreden van nog altijd 16-jarige doelman na afloop lovend. De Nieuwe Leidsche Courant maakt er op onder de kop ’Voorwaarts-enthousiame brak Noordwijkse reputatie’ op de volgende manier melding van. ‘Noordwijks-goalie Van Kesteren ranselde schoten van middenvoor Geerding, Slomp en Smit uit zijn heiligdom, waarvoor hij zich ten volle moest geven.’

Toch kan ook Van Kesteren niet voorkomen dat het met een tomeloze inzet spelende Voorwaarts kort voor de thee op 1-0 komt. Waarna regerend kampioen Noordwijk vervolgens door de ontketende Vriezenveners onder de voet wordt gelopen. Pas bij 3-0 weet Piet van der Lippe de eer te redden.

De ploeg heeft vooral de naam hard te spelen. Bij een aantal clubs wordt er zelfs schamperend gesproken over een stel schoppende boeren. Voorwaarts-voorzitter Smit weerlegt die kritiek in de krant op magnifieke wijze. Het is een stukje proza van de bovenste plank.

‘Wij zijn helemaal niet ruw. Alleen, onze jongens werken er de hele wedstrijd verschrikkelijk hard voor. Het tempo ligt hoog en na de rust doen ze er dikwijls een schepje bovenop. U moet niet vergeten, het zijn allemaal knapen die in het veen werken. De spieren zijn goed ontwikkeld. Het zijn geen kantoor- of schooljongetjes. Maar gemeen zijn ze niet.’

Knaller
Terug naar Van Kesteren die fysiek ijzersterk is. Daarnaast beschikt hij over een enorme kopkracht en een voortdurende drang naar voren. Van Kesteren is daarmee zijn tijd als verdediger ver vooruit. Bovendien is scoren hem niet vreemd. Kortom, een ideale speler voor elke trainer.

Vijftien jaar jaar na zijn debuut neemt hij in het seizoen 1979-1980 afscheid van het eerste elftal. Met zes afdelingstitels op zak, inclusief het landskampioenschap in 1973 wordt dat laatste seizoen op het hoogste niveau een knaller. Doorgaans uitkomend in het tweede elftal vervangt Van Kesteren in de loop van dat seizoen de geblesseerde Ruud Bröring in de spits. Met bijzonder succes. Zowel Noordwijk 1, als de reserves, leggen dat jaar beslag op de afdelingstitel.

Passie
De immer bescheiden Van Kesteren speelt daarnaast ook nog eens elf interlands voor het Nederlands Amateurelftal. Het grootste succes van dat team, met Van Kesteren in de gelederen, wordt behaald in 1970 in Spanje. Pas in de finale slaagt Italië er in om Oranje, met onder andere de gebroeders Van de Kerkhof in de gelederen, een halt toe te roepen.

Direct na zijn actieve carrière blijft de oud-goalie bij het eerste elftal betrokken. Tot op de dag van vandaag welteverstaan. Naast verzorger was Van Kesteren jarenlang als keeperstrainer bij Noordwijk actief. Hij zag daarbij een keur aan keepers aan zich voorbij trekken.

,,Dat hadden er nog meer kunnen zijn, maar destijds kon je voor je twaalfde nog geen lid worden.”

Maar liefst zes daarvan bereikten het betaalde voetbal. Na Edwin van der Sar en Rob van Dijk volgde Arjan van Heusden naar Port Vale in Engeland. Robber Spaan, Wesley de Ruiter en Joost Terol volgden later dat voorbeeld. Een ongekend aantal succesvolle keepers, waarvan met name de carrière van Van der Sar een vogelvlucht nam. De oud-doelman heeft zijn vroegere passie decennia aan Sportpark Duinwetering in de praktijk gebracht.

Trots
De laatste jaren is Van Kesteren scheidsrechters-begeleider bij de thuiswedstrijden van het eerste elftal. Om in geval van nood nog stand-by te zijn als er een speler ingetapet dient te worden. Tijdens de recente Nieuwjaarsreceptie werd het Noordwijk-icoon gehuldigd voor zijn zestigjarig lidmaatschap.

,,Dat hadden er nog meer kunnen zijn, maar destijds kon je voor je twaalfde nog geen lid worden. Ik kreeg nog een jaar dispensatie zodat ik op mijn elfde ben gaan voetballen”, vertelt Van Kesteren die naast het voetballen ook op de schaats uitstekend uit de voeten kon.

Samen met zijn zwager Leon van Asten reed hij zowel in 1985 als in 1987 de Elfstedentocht uit. ,,De laatste tocht, in 1997, heb ik wegens een meniscusoperatie helaas niet kunnen rijden. Jammer, maar helaas”, blijft Van Kesteren nuchter onder het missen van het derde felbegeerde Friese kruisje.

Dat de volledige Noordwijk selectie het jongste erelid van de Duinwetering-club ter gelegenheid van zijn 60-jarig lidmaatschap toezong, maakte hem misschien wel het meest trots. In zijn inmiddels 56e(!) seizoen bij de Noordwijk-selectie ligt het getal zestig opnieuw op de loer voor de voormalige talentvolle doelman die als verdediger minimaal net zo goed uit de voeten kon.

Foto’s: Noordwijk archief

Lees ook: ‘Quick Boys schorst topscorer intern voor cruciaal duel’

POPULAIRE BERICHTEN