Jesper Warmerdam maakte afgelopen weekend zijn eerste seizoenstreffer voor SV Hillegom. De aanvallende middenvelder (19) heeft al op jonge leeftijd een basisplaats veroverd. Het smaakt naar meer voor Warmerdam, die hoopt dat de Zanderij niet zijn eindstation is.
Je eerste goal van het seizoen maken is altijd een opsteker. Het gold ook zeker voor Warmerdam. “Ja, ik ben er erg blij mee”, vertelt hij. “Toevallig had ik laatst een gesprekje met Samir Krupic, de assistent-trainer, over wat ik beter kan en wil doen. Toen kwamen we toch wel uit op meer goals maken en assists leveren. Lekker dat het begin gemaakt is.”
Weinig verwachtingen op voorhand
De hoofdtrainer bij SV Hillegom is Martijn Lagendijk, sinds dit seizoen de eindverantwoordelijke op de Zanderij. De wisseling van de wacht pakte voor Warmerdam goed uit, al had hij het op voorhand niet bewust zo uitgedacht. “Eigenlijk ging ik er zonder verwachtingen in. Er kwam een nieuwe trainer en je weet nooit wat hij van jou vindt of dat anderen beter zijn.”
Gaandeweg de voorbereiding voelde Warmerdam zijn kansen stijgen. “Dat begon toen ik steeds hoorde dat ik de eerste wedstrijden in de basis mocht begonnen. Ik moest na de zomerstop eerst nog even wennen, maar op gegeven moment kwam ik er lekker in.”
‘Als je dan direct zo’n stap naar het eerste maakt, ga je toch denken: misschien moet ik er wat mee gaan doen?’
Aanvankelijk werd hij ook nog als linksbuiten ingezet, maar inmiddels speelt Warmerdam vast op ‘10’, de positie die hij het meest ambieert. Met ervaren spelers als Niels van Veen en Jeroen Dedel voor zich en Jurjen Dikker kort achter zich, is het heerlijk spelen. “Dat is zeker fijn. Die jongens hebben natuurlijk de nodige ervaring en proberen mij echt te helpen.”
Steun van het thuisfront
Warmerdam ervaart ook van het thuisfront veel steun, vertelt hij. “Mijn vader komt elke wedstrijd kijken, ook op doordeweekse dagen en als het regent. Mijn moeder is er altijd met thuiswedstrijden, net als opa.” De aanwezigheid van laatstgenoemde is extra bijzonder. “We hoopten altijd dat hij het nog zou meemaken dat ik een wedstrijd in het eerste kon spelen, heel erg mooi dat het gelukt is.”
Warmerdam knijpt zichzelf nog wel eens in de vingers dat zijn ontwikkeling zo snel gaat. Vooral na afloop van duels komt zo’n besefmomentje wel eens voorbij. “Tijdens de wedstrijd niet, dan ben ik gefocust. Maar als je een lekkere pot hebt gespeeld en na afloop complimentjes krijgt, dan geeft dat wel een boost. Het is toch wel knap denk ik soms wel eens: op je negentiende op een redelijk niveau tegen eigenlijk alleen maar oudere jongens spelen.”
Nieuwsgierig naar plafond
Nu hij voorzichtig naam begint te maken, groeit ook de nieuwsgierigheid om te ontdekken waar zijn plafond ligt. Een behoefte die hij eerder (nog) niet voelde. Als jeugdspeler benaderde FC Lisse hem, maar Warmerdam was voor een overstap niet te porren.
“In de jeugd was het vooral leuk om met mijn vrienden te spelen en ging het ook meer om de lol. Het is nu mijn tweede jaar bij de senioren. Als je dan direct zo’n stap naar het eerste maakt, ga je toch denken: misschien moet ik er wat mee gaan doen?”
De stip aan de horizon is voor hem duidelijk: ooit hoopt hij op een hoger niveau buiten de Zanderij actief te zijn. Maar dat heeft geen haast. “Voor nu wil ik eerst proberen om mijn plek te behouden in Hillegom 1 én belangrijker te worden. Daarna sta ik wel open voor een stap hogerop. Ik ben benieuwd hoe ver ik kan komen.”
Meedoen om de bovenste plaatsen?
Dat laatste geldt ook voor SV Hillegom in teamverband. De withemden zijn na een ongeslagen reeks van vier wedstrijden (acht punten) gestegen naar de vijfde plek. In een seizoen waarin er versterkte degradatie plaatsvindt, kijken meer clubs dan normaal angstig naar beneden, maar Warmerdam hoopt dat het voor zijn team niet op zal gaan.
“Voor het seizoen zagen veel mensen ons misschien als een ploeg die onderin zou gaan strijden, maar ik ben blij dat we voorlopig het tegendeel bewijzen. Ik vind dat we een goed team hebben. Als we zo blijven spelen, denk ik niet dat we naar onderen hoeven te kijken.”
Foto: Jos Spitterer
Lees ook: Versterkte degradatie vanaf Eerste Klasse: waar moeten de regioclubs eindigen?