Sinds 1932 timmert Kagia aan de (voetbal)weg. Een pad dat decennialang niet bepaald over rozen liep. De eerste veertig jaar van haar bestaan was het vooral behelpen geblazen voor de van oorsprong uit Buitenkaag afkomstige voetbalvereniging. Na begin jaren zeventig korte tijd haar domicilie te hebben gevonden in Abbenes, bood de verhuizing naar Lisserbroek in 1974 uitkomst. De thans 550 leden en de toekomstbestendige accommodatie staan in schril contrast met de beginjaren. Het ledenaantal was minimaal, de behuizing om te huilen.
Eind jaren zestig van de vorige eeuw werd Kagia zelfs opgezadeld met het dubieuze predicaat ‘de club met het slechtste veld van Nederland’. Om over de opstallen maar te zwijgen. In een krantenartikel uit die tijd wordt daar melding van gemaakt. De tekst spreekt voor zichzelf.
‘Bezoekende clubs weten het al bij voorbaat. Als je naar Kagia gaat kun je de toiletartikelen beter maar vergeten. De enige verfrissingsmogelijkheid in het twee lokalen tellende kleedgebouw is een watertrog. Ook de scheidsrechter komt er niet al te best vanaf. Deze dient zich om te kleden in een kleedruimte die iets groter is dan een telefooncel.’
Over het terrein wordt in het artikel in de volgende bloemrijke bewoordingen gewag gemaakt. ‘Het gras is grotendeels verdwenen in hongerige koeienmagen of omgewoeld door speelse varkenssnuiten, omdat het vee doordeweeks bezit neemt van het terrein. Koeienlangspeelplaten verhogen daarbij het slipgevaar. Bestuur en leden trachten voor aanvang van een wedstrijd met man macht het veld zo goed als mogelijk speelklaar te maken.’
Arie Glas, destijds voorzitter, wijdde er destijds de volgende woorden aan: “Het veld krijgt geen rust. Het krijgt elke week zware klappen. De afrastering die we geplaatst hebben wordt door de dieren keer op keer uit de grond gelopen, terwijl we voor het veld ook nog eens een relatief hoge huur aan een lokale boer dienen te betalen.’ Van een kantine of een degelijke voorziening was helemaal geen sprake. Alleen café Loogman dat nog redelijk dicht bij het veld lag bood enige uitkomst.
Geen warming-up
Van hoe het er in begin jaren vijftig verder aan toeging als het het spelen van een voetbalwedstrijd betreft, wordt in een kort krantenbericht een mooi beeld geschetst. Voor het Katwijkse KRV, één van de fusiepartners van het huidige FC Rijnvogels, stond er een uitwedstrijd bij Kagia op het programma.
,,Toen ik er zelf nog speelde, stonden we bekend als de club van ‘lange halen, gauw thuis’. Op een erbarmelijk veld vlak naast de A44.”
‘In De Kaag speelt om half drie KRV I tegen Kagia. Het eerste elftal vertrekt om 12.45 per fiets vanaf de Boerenleenbank. Vanaf Leiden per bus van Maarse en Kroon. Vertrek om half twee in de richting Amsterdam.’ De warming-up vond destijds blijkbaar niet plaats of gebeurde wellicht in de desbetreffende bus!
Groeispurt
Mede door deze omstandigheden was en bleef het ook sportief behelpen. Kagia, dat vanaf haar oprichting tot het seizoen 1955-1956 als zondagclub door het leven ging, kwam nooit verder dan de toenmalige Leidsche Voetbal Bond (LVB). De overstap naar de zaterdagcompetitie bracht daar aanvankelijk weinig verandering in. Pas toen Kagia na een ‘tussenlanding’ in Abbenes die enkele seizoenen duurde, definitief in Lisserbroek terecht kwam maakte de club vanaf 1974 een groeispurt door.
Bert Glas, momenteel ruim vijftig jaar lid van Kagia, oud-speler en nog altijd als vrijwilliger in een aantal functies dagelijks betrokken bij Kagia kan daar over meepraten. ,,Toen ik er zelf nog speelde, stonden we bekend als de club van ‘lange halen, gauw thuis’. Op een erbarmelijk veld vlak naast de A44.”
,,Als je de bal te hard uitschoot vloog deze bij wijze van spreken over de snelweg heen. Dat is gelukkig voorgoed verleden tijd. Nu zijn al onze opstallen eigendom en gerealiseerd door zelfwerkzaamheid van onze leden. Ze worden ook door ons ook zelf onderhouden. Op dat soort zaken zijn we hier bijzonder trots.”
Bevrijdingsdag
De lange aanloop die Kagia nodig had om zich te mengen onder de wat grotere jongens kreeg in het seizoen 1987-1988 gestalte. Dat seizoen promoveerde de club onder aanvoering van huidig voorzitter Richard Trompert voor het eerst in haar bestaan naar de KNVB. ‘Bevrijdingsdag voor Kagia’, kopte het Leids Dagblad destijds. Het betekende een mijlpaal voor de club die voor die tijd ruim een halve eeuw ronddobberde op het allerlaagste niveau.
Een krantenartikel over Kagia uit 1961
,,In vroeger jaren kwamen we wel al tegenstanders tegen die we nu ook nog regelmatig ontmoeten. Clubs als TAVV, Woubrugge en Alphia komen we al decennialang tegen. Dat zijn altijd beladen potjes. De mooiste herinneringen heb ik echter aan de derby’s tegen Lisser Boys, dat later met sc Lisse in de FC opging. Die wedstrijden spraken enorm aan. Dat ware wedstrijden waarin je alles gaf en dan kwamen er ook ongekende krachten naar boven”, duikt Glas in het verleden.
Juiste trein
De prestaties die het vlaggenschip dit seizoen levert zijn positief. Kagia mag zich momenteel de onbetwiste koploper in de Derde Klasse B in West I noemen. Over een kampioenschap praat Glas echter nog niet. ,,Het gaat uitstekend maar het is pas feest als we echt promoveren.”
,,Enkele jaren geleden hebben we een seizoen in de Tweede Klasse gespeeld. Door een slechte eerste seizoenshelft werd het een kortstondig avontuur, maar we staan te trappelen om het op dat niveau opnieuw te proberen”, vertelt Glas, die als lid van de Voetbal Technische Commissie (VTC) van Kagia eveneens zijn steentje aan het succes bijdraagt.
,,Wij in een trein die ons in de toekomst naar een hoger niveau moet gaan brengen. Zij in een trein die blijkbaar de andere kant oprijdt.”
,,We spelen dit seizoen met het eerste elftal in district West I. Zeer tegen onze zin overigens”, gaat Glas verder. ,,Daar is intussen genoeg over gezegd. Het liefste keren we zo snel mogelijk weer terug naar West II. We hebben dat bij de KNVB ook duidelijk kenbaar gemaakt en hopelijk wordt er nu wel naar ons geluisterd.”
,,Het is daarbij wel leuk dat we dit seizoen tegen clubs als Stormvogels en DEM spelen. Clubs van naam en faam die over een rijk verleden beschikken. Dat geldt met name voor Stormvogels dat ooit betaald voetbal speelde, maar intussen flink is afgedaald. Wij komen ze dit seizoen op dit voetbalstation tegen. Wij in een trein die ons in de toekomst naar een hoger niveau moet gaan brengen. Zij in een trein die blijkbaar de andere kant oprijdt.”
Wind in de zeilen
De gedachte om de sprong omhoog te kunnen maken wordt bij Glas mede ingegeven door het feit dat er in het komende decennium in groeikern Lisserbroek zo’n 1.400 nieuwe woningen zullen worden gerealiseerd. ,,Dat betekent dat de groei er ook bij de club nog lang niet uit is. Dit in tegenstelling tot veel verenigingen die we her en der tegenkomen.”
,,Er zal hier echter nooit betaald worden aan spelers. Laagdrempeligheid staat bij ons hoog in het vaandel. Net als sfeer en gezelligheid. En dat willen we graag zo houden. Ieder lid telt hier en iedereen is welkom. Er mag dan veel veranderd zijn, maar die elementen zullen hier altijd aanwezig blijven. Kagia heeft, om in beeldspraak met de herkomst van de club te blijven, momenteel de wind vol in de zeilen.”
Foto: Irene van Langelaar
Lees ook: ‘Blik op de jeugd (FC Lisse): ,,Adouch en Gozeling zijn geen uitzonderingen meer.”‘