Robin van der Meer wist al vrij vroeg dat hij niet gemaakt was voor het ‘profvoetbalwereldje’. Hij is geen man van achterbaksheid en stelt juist prijs op open en eerlijke communicatie. Hoewel de verdediger een fraai CV opbouwde en het uiteindelijk nog redelijk lang uithield in het betaalde voetbal, is hij blij dat hij op 28-jarige leeftijd een nieuwe levensfase in is gegaan. Het voetballen bij Rijnsburgse Boys in combinatie met het opstarten van zijn eigen bedrijf in verzekeringen en hypotheken bevalt hem vooralsnog uitstekend.
“Uiteindelijk is uitgekomen waar ik vooraf op hoopte”, vertelt Van der Meer over zijn eerste maanden bij Rijnsburgse Boys. “Ik was het profvoetbal, en met name de hele wereld eromheen, een beetje beu. Er waren teveel dingen waarvan ik merkte dat ik me er steeds meer aan ging ergeren.”
Wat was precies hetgeen dat Van der Meer tegen was gaan staan? “Zonder daarover heel erg uit te wijden: het willen naaien van teamgenoten bijvoorbeeld, valse beloftes maken, het alleen aan jezelf denken, dat soort dingen. Ik wist al vrij vroeg dat ik er niet voor was gemaakt. In het begin verzet je jezelf er nog tegen, maar op gegeven moment groei je er ook een beetje in mee. Als je dan weer wat ouder wordt, ga je er toch weer meer over nadenken en wordt het steeds moeilijker om dat zomaar van je af te laten glijden.”
‘Onderaan de streep was het een donderslag bij heldere hemel, maar achteraf ben ik heel blij dat het zo gelopen is.’
“Je weet gewoon dat je in het voetbalwereldje in 99 procent van de gevallen op je lip moet bijten. Het liefst willen ze twintig schapen, die alleen maar klakkeloos volgen. Zo ben ik zelf nooit geweest. Niet dat ik lastig was, maar ik wilde wel weten waarom dingen op een bepaalde manier moesten. Dat werd vaak niet gewaardeerd.”
Zijn huidige leven typeert Van der Meer als een ommezwaai ‘van 180 graden’. “Ik heb mijn draai gevonden en kan tot nu toe concluderen dat dit de juiste keuze is geweest. En het mooie is: ik merk dat in de bedrijvenwereld eerlijkheid en directheid juist wél wordt gewaardeerd.”
Van der Meer was actief voor ADO Den Haag, FC Utrecht, Go Ahead Eagles, Excelsior en Helmond Sport. De manier waarop zijn tijd bij laatstgenoemde club eindigde, was voor de linkspoot even abrupt als onverwacht. “In een week tijd ging ik van basisspeler naar de mededeling: ‘het lijkt ons beter dat je naar huis gaat’. Ik mag er niets in de media over zeggen, maar heb wel een vermoeden wat de reden is. Onderaan de streep was het een donderslag bij heldere hemel, maar achteraf ben ik heel blij dat het zo gelopen is.”
De afscheidsboodschap kwam in maart van dit jaar. Een aantal maanden eerder had Van der Meer al voor zichzelf besloten dat hij na het seizoen 2022/2023 zou stoppen als prof. Al heel snel kwam vervolgens Rijnsburgse Boys op de lijn.
“Via mijn zaakwaarnemer kwam ik in contact met de club. Hij heeft nog een aantal jongens van Rijnsburgse Boys in zijn stal en die zitten allemaal lang bij de club. Dat zegt veel: dat er rust is, goed beleid wordt gevoerd en er niet elke zomer twaalf mutaties plaatsvinden. De eerste keer dat ik met Gerrit Paauw sprak, klikte het meteen. Daarna kwam er nog een gesprek met de nieuwe trainer en toen was het snel rond. Ik hoefde ook geen clausule dat ik bij interesse van een BVO alsnog weg zou kunnen. Nee, het was alleen Rijnsburgse Boys voor mij. Alleen wilden we het nog een tijdje stilhouden. Als het direct naar buiten was gekomen, weet ik zeker dat ik geen wedstrijd meer voor Helmond Sport had gespeeld.”
‘Ik was het na afloop wel met Bram Ros eens. Die zei in een interview dat je bij Spakenburg op zich kunt verliezen, maar niet op deze manier.’
Al met al is Van der Meer blij met wat hij heeft aangetroffen op spelersgebied. “Van de basis van vorig seizoen is alleen Jordy Strooker vertrokken en daarnaast ook Jeffrey Jongeneelen, al begreep ik dat hij het laatste jaar al een beetje kwakkelde met blessures. Verder is de groep intact gebleven en zijn er – inclusief mezelf – wat jongens bijgekomen. Ten eerste vind ik het een heel fijne groep. Je merkt aan alles dat ze al langere tijd bij elkaar zijn. De sfeer is goed en daarnaast vind ik dat we de kwaliteiten hebben om ver te komen.”
Van der Meer speelt zaterdag zijn eerste Bollenstreekderby, thuis tegen Quick Boys. Na de verloren kraker tegen Spakenburg is het opnieuw een fraai affiche voor de Uien, die wat recht te zetten hebben naar aanleiding van hun matige optreden op de Westmaat (2-0).
“Een kennis van mij was tijdens de eerste speelronde bij Scheveningen – Spakenburg en die zei wel meteen dat Spakenburg echt een goede ploeg heeft. Maar ik was het na afloop wel met Bram Ros eens. Die zei in een interview dat je bij Spakenburg op zich kunt verliezen, maar niet op deze manier. Ik denk dat we afgetroefd zijn op inzet en niet op kwaliteit. Vooral de eerste helft vond ik kwalijk.”
En dan tot besluit: “Maar we hebben er een streep onder gezet en zijn klaar voor de nieuwe potjes die ons te wachten staan. En die van zaterdag is helemaal een wedstrijd op zich. Ik reken erop dat we beter voor de dag zullen komen dan vorige week.”
Headerfoto: Orange Pictures
Foto in artikel: Rijnsburgse Boys
Lees ook: Rijnsburgse Boys haalt zeer ervaren oud-prof Van der Meer