Zestien seizoenen lang speelde hij in de hoofdmacht van Kagia, waarin hij op zestienjarige leeftijd debuteerde om er tot topscorer aller tijden uit te groeien. Met 189 competitiedoelpunten in ruim 300 duels is Richard Trompert de onbetwiste doelpuntenmachine van derdeklasser Kagia, de club die hij sinds twee jaar dient als voorzitter.
,,Met Kagia ben ik helemaal vergroeid’, vertelt de 49-jarige Richard Trompert. ,,Ik ben er op achtjarige leeftijd gaan voetballen en er vervolgens nooit meer weggegaan. Toen ik speelde in het eerste elftal is er wel eens belangstelling geweest van clubs als Rijnsburgse Boys, Quick Boys en FC Lisse, maar omdat ik mijn maatschappelijke carrière en mijn gezin voorrang wilde geven, is het daar nooit van gekomen. Een keuze waar ik tot de dag van vandaag geen moment spijt van heb gehad.”
De kopsterke Trompert was jarenlang de onbetwiste spits van de oranjehemden. De tweebenige aanvaller was moeilijk te bespelen voor zijn tegenstanders. Waarbij het niveau aanvankelijk niet om over naar huis te schrijven was. Jarenlang leidden de Lisserbroekers een marginaal bestaan in het amateurvoetbal, maar daar is de afgelopen jaren verandering in gekomen. ,,Als speler heb ik nog in de toenmalige LVB gespeeld. Daarnaast ook in de Vierde en de Derde klasse. Dat is tot twee seizoenen geleden altijd het ‘speelterrein’ van Kagia geweest. We hebben in het recente verleden voor een andere koers gekozen.”
Klap
,,Gezelligheid stond voorop”, vervolgt Tompert. ,,De afgelopen jaren is er bewust een keuze gemaakt om met zowel de jeugd als met de A-selectie voor prestaties te gaan. Waarbij we het dorpsgevoel ook hoog in het vaandel hebben staan. In het seizoen 2012-2013 hebben we aan de Tweede Klasse mogen ruiken. Daarin hebben we het niet kunnen bolwerken, maar na de degradatie hebben we het dit seizoen uitstekend gedaan. De titel hebben we echt op de valreep verspeeld en dat was echt een teleurstelling. Die klap kwam zo hard aan in de groep, dat we in de daarop volgende beslissingswedstrijden en de nacompetitie niets meer konden klaarmaken. Toch zetten we volgend seizoen weer in op promotie.”
In het gezin Trompert speelt Kagia een belangrijke rol. Naast zijn drie kinderen is ook echtgenote Trudi betrokken bij de club. Joris (21) en Benno (18) zijn er actief als voetballer en jeugdtrainer, terwijl dochter Rosalie (19) net als haar moeder vrijwilligerswerk verricht. ,,Aan tafel gaat het elke dag wel over de club’, aldus Richard Trompert. ,,In ons gezin neemt Kagia dan ook een belangrijke plaats in. Zelf ben ik op 32-jarige leeftijd als speler gestopt. Als vader van een jong gezin wilde ik daar tijd voor vrij maken. Daarnaast studeerde ik ook nog en die twee zaken vielen niet meer te combineren met voetballen. Wel ben ik daarna de jeugd gaan trainen, waarbij ik zowat alle leeftijdscategorieën onder mijn hoede heb gehad.”
Geoliede machine
Trompert, in het dagelijks leven werkzaam als manager bij de Rabobank Bollenstreek, heeft die laatste bezigheid (jeugdtrainer) opgegeven nu hij twee jaar geleden tot voorzitter van Kagia werd gekozen. ,,Dat zat er eigenlijk al een tijdje aan te komen. Ik werd al eerder benaderd en uiteindelijk heb ik toegehapt. Het voorzitterschap van Kagia ligt in het verlengde van mijn werk. Dat is ook nodig, want vergis je niet: Kagia is een club met 500 leden waarvan er ongeveer 400 actief zijn. Daarnaast hebben we een geoliede vrijwilligersgroep en dat is prettig werken. Ik doe dit werk met veel plezier en met elkaar proberen we hier iets neer te zetten. Plezier en prestaties kunnen best hand in hand gaan is ons motto.”
De toekomst van Kagia ziet er volgens Trompert rooskleurig uit. Daarbij niet alleen doelend op de prestaties van het vlaggenschip. Over het geheel zijn de perspectieven uitstekend volgens de preses. ,,In Lisserbroek gaat er tussen nu en twee jaar weer gebouwd worden naar verwachting. Dat levert op termijn aanwas van jonge leden op, terwijl we ook vanuit Getsewoud (Nieuw Vennep), De Kaag en Lisse leden naar ons toe zien komen. Wat dat betreft speelt de vergrijzing gelukkig geen rol bij ons. Het kan dus eigenlijk alleen maar nog beter worden.”
Tekst: Leo Schrama