Het is 2020. De KNVB heeft twee jaar geleden de Tweede Divisie ingevoerd en zowel Katwijk als Quick Boys spelen inmiddels op dat niveau. De laatste jaren is de hegemonie van Bunschoten, waar de blauwen en de rooien jarenlang kleur gaven aan het amateurvoetbal, overgenomen door de gemeente Katwijk. De Spakenburgse visboeren moeten hun meerdere erkennen in de grootste visboer van het land. P en P hebben van Katwijk en Quick Boys verreweg de rijkste clubs van het amateurvoetbal gemaakt. De mannen van de marktwagens konden simpelweg niet op tegen de sjeiks van de Zeven Zeeën. Waar Paris Saint-Germain en Manchester City geregeerd worden door oliedollars, leven de blauw-witten en oranjehemden van visoliedollars.

En de hemelbestorming is nog niet klaar. Het doel is de Jupiler League en op termijn zelfs een stevige rol van betekenis aldaar. Quick Boys bouwt in de duinpan een stadion van formaat, bij Katwijk liggen plannen klaar voor een luxe betonbak langs de N206. P en P, samen groot geworden, concurreren met elkaar voor de hobby. Het heeft de clubs, qua successen, geen windeieren gelegd, maar het fundament is broos. Wat gebeurt er als de mannen klaar zijn met hun hobby? Wie hoog vliegt kan diep vallen.

Maar voor nu gaat het beide ploegen voor de wind. Er wordt goed gevoetbald, kwaliteit is voldoende aanwezig, net als financiële armslag. Spelers komen graag naar het kustdorp. Zeker als er interesse is van allebei de clubs is er een prachtige deal uit te onderhandelen. Het publiek smult van de onderlinge concurrentie en weet massaal Nieuw Zuid en De Krom te vinden. Voetbal floreert in de gemeente Katwijk en de derby is landelijk nieuws. Het concurrentiespelletje tussen de twee grootste vismiljonairs van Nederland brengt twee clubs in de spotlights van het Nederlandse voetbal. Tot ze allebei genoeg hebben van hun hobby….

Door Henk Kasius