Als iemand FC Rijnvogels ademt, dan is het Huig Hoek wel. De Katwijker voetbalde meer dan een decennia in het eerste van voorloper KRV, was daarna elf jaar assistent-trainer bij FC Rijnvogels en inmiddels staat hij alweer voor het derde seizoen aan het roer van de technische commissie. “In deze rol kan je bijna niet genieten, je denkt altijd weer vooruit.”

Hoek kwam in zijn nieuwe rol terecht op het moment dat Thomas Duivenvoorden op de Kooltuin neerstreek. De twee werken sindsdien intensief samen. “Toen Thomas kwam, zijn we gaan zitten en wilde hij graag een driejarenplan. Door corona eindigde dat seizoen al na vijf wedstrijden. Vorig seizoen hebben we een prachtig jaar gehad en nu draaien we fantastisch mee. Budgettair gezien doen we het met al die kanonnen uit de Derde Divisie waar flink geld wordt gespendeerd gewoon heel goed. En we gunnen Thomas zijn stap naar Quick Boys.”

De hoeveelste begroting van de competitie hebben jullie ongeveer?

“Ik denk één van de kleinste begrotingen in deze divisie. Bij ons is het budget sinds de bestuurlijke crisis radicaal omlaag gegaan. Dan zie je dat je met een heel goede trainer grote successen kan hebben en geld niet altijd wint. Natuurlijk weet ik dat geld tegenwoordig bij het amateurvoetbal hoort, maar de drijfveer moet bij ons een goed karakter en een goede sportmentaliteit zijn.”

Hoe bevalt de rol als TC-lid?

“Ik doe het nu het voor het derde seizoen, ben eigenlijk op het moeilijkste moment van de club ingestapt, maar het is eigenlijk een onwijs gave rol. Ik heb zelf ook wel op niveau gespeeld. Daardoor merk je dat je toch wel de taal van de voetballers goed spreekt. Aan de andere kant moet je ook gewoon eerlijk met spelers zijn. Het komt ook voor dat je jongens moet afserveren, dan kun je het beste gewoon zeggen hoe de vork in de steel zit.”

Geflankeerd door Thomas Duivenvoorden (links) en erevoorzitter Niek-Jan van Kesteren (rechts)

Vind je dat moeilijk?

“Ook daarin leer je. Het eerste jaar was dat misschien iets moeilijker, maar je raakt natuurlijk steeds meer ervaren. Als je het gewoon rustig met overtuiging vertelt, met het doel van de club voorop, dan is het vaak niet zo heel moeilijk.”

Mis je het veldwerk?

“Dat heb ik natuurlijk heel lang gedaan, elf jaar. Het was een mooie tijd, maar drie jaar geleden hadden we geen technische commissie. Als je dan nog een keer wat anders voor de club wilt doen, kwam het op een mooi moment. We hebben dit met een grote groep opgepakt, maar het aantal mensen werd de laatste tijd steeds kleiner. Daarom heb ik Peter de Koning als back-up erbij gehaald om de eerste gesprekken met twee man te zitten. Het financiële verhaal doe ik dan vaak alleen. Als je dat met vijf man doet, ontstaan er ook weer twijfels en discussies. Nu handel ik het af, geef ik het door aan de financiële mensen en is alles duidelijk.”

Thomas Duivenvoorden en Reinier Haasnoot vertrekken naar Quick Boys. Jij hebt zelf ook op Nieuw Zuid gespeeld. Is het nog een optie voor jou?

“Die vraag heb ik heel vaak gekregen de laatste maanden en dat is denk ik niet gek. Mijn moeder is een Aandewiel, waar ze allemaal een blauw-wit kloppend hart hebben.Het blijft altijd een mooie club, maar ik heb niets van ze gehoord en bovendien zit ik hier heel goed. Ik vind het zonde om FC Rijnvogels nu te verlaten. Er is hier nog veel werk aan de winkel, ook richting de komende jaren. We zijn nu Derde Divisie, maar om op dit niveau te blijven, heb je wel een paar mensen nodig die de kar gaan trekken.”

Dat wordt jouw rol, de kar trekken?

“Niet alleen natuurlijk. Dat gebeurt met een groepje: de nieuwe trainer (Dogan Corneille) heeft daar ook een belangrijke rol in. Maar we moeten het weloverwogen doen. Ik ben altijd wel nuchter: hoe het nu gaat is fantastisch en met een kampioenschap kun je even helemaal losgaan, maar daarna schakel je meteen door. In deze rol kan je bijna niet genieten, je denkt altijd weer vooruit.”

Als je jou drie jaar geleden met al die bestuursperikelen had verteld dat de club Rijnvogels er anno 2023 zo voor zou staan: wat had je dan gezegd? En zijn er momenten geweest dat je het niet meer zag zitten?

“Dat laatste niet. Het leuke is wel: toen we met Thomas het traject ingingen, hebben we tegen elkaar gezegd: ‘we gaan het hier weer vol spelen’. Ik heb er altijd wel in geloofd. Dat het uiteindelijk zo is uitgekomen, is gewoon fantastisch. Het eerste elftal is misschien ook wel de redding voor de club geweest. We hadden vorig seizoen natuurlijk uitwedstrijden, zoals bij Capelle en ARC, dat we op de Kooltuin terugkwamen en dat er nog een gigantische baromzet werd gedraaid omdat het groot feest was.”

Tot slot. Jullie selectie is niet heel breed, er zijn wedstrijden geweest dat jullie maar vier spelers op de bank hadden. Gaat FC Rijnvogels zich in januari nog versterken?

“We zijn inderdaad vrij dun. Hebben natuurlijk drie jongens met een kruisband: Maarten Reyneveld, Jesse Driebergen en Willem Schonenberg. Ik zie ook dat een andere club uit de Derde Divisie, ASWH, er drie jongens bijgehaald heeft. Dat gaat bij ons niet gebeuren. We hebben er wel over gesproken, maar gaan het met deze groep doen. Voor volgend seizoen kijken we wel naar de mogelijkheden om de selectie breder te maken, met meer jonge talenten erbij.”

Headerfoto: Orange Pictures

Lees ook: Quick Boys haalt De Beste terug naar Nieuw Zuid