Na een lang en uitgebreid betoog over hoe Ter Leede er als vereniging voor staat, tovert Jaap Wijntjes een glimlach op zijn gezicht. ,,Er is binnen deze club veel om trots op te zijn”, spreekt de preses. ,,We dragen het predicaat van een warme club, hebben een schitterend complex en zijn als enige club in Nederland met de dames – en herentak actief op het hoogste amateurniveau.”
Of dat laatste volgend seizoen nog steeds zo is, valt te bezien. Het eerste herenteam kent een lastig debuut in de zaterdagse Topklasse en staat acht wedstrijden voor het einde op een directe degradatieplaats. ,,Natuurlijk is het teleurstellend, verdrietig en allemaal niet leuk, maar we proberen er niet krampachtig mee om te gaan”, zegt Wijntjes. ,,Als we degraderen, dan met opgeheven hoofd.”
,,Een eerste seizoen in de Topklasse staat vooral in het teken van overleven”, vervolgt Wijntjes. ,,Ik durf de analyse wel aan dat als we erin blijven we volgend seizoen niet meer in de valkuilen van dit seizoen zullen stappen. Optisch deden we bij GVVV zeventig minuten lang goed mee, maar twee keer verkeerd omschakelen en het was 2-0. Dat zijn de wetten van de Topklasse. We hebben ook heel goede dingen laten zien en mooie momenten beleefd. De openingswedstrijd tegen Katwijk was echt een feestje.”
Meer te bieden
Degradatie van het vlaggenschip zou een flinke streep door de rekening zijn, maar geen ramp. ,,Ter Leede is een vereniging van het eerste tot de F-jes. Bij ons moet iedereen het gevoel hebben dat-ie welkom is. Natuurlijk is de hoofdmacht het uithangbord en straalt het feit dat je Topklasser bent af op de hele vereniging. Maar deze club heeft zoveel meer te bieden.”
Vooral het complex kan Wijntjes bekoren. Vier kunstgrasvelden met lichtinstallatie is de Sassenheimse Topklasser rijk. ,,Regelmatig krijgen we vragen waar het kunstgras van het hoofdveld vandaan komt”, stelt Wijntjes. ,,Verder moet ik onze dames een compliment maken. Zij zijn vorig jaar kampioen geworden en maken een goede kans op titelprolongatie.”
Natuurlijk zijn er ook dingen voor verbetering vatbaar. ,,Ter Leede is een vereniging die bekend staat om zijn gastvrijheid. We hebben een knusse Business Club-ruimte die qua ruimte af en toe knelt. Verder moeten er extra kleedkamers komen. Het sportpark is vijftien jaar oud. Op topzaterdagen hebben we dertig thuiswedstrijden. Dat zorgt qua bezetting nog wel eens voor problemen. Maar dat wordt beter. Twee trainingsvelden worden wedstrijdvelden. In augustus moet dat klaar zijn.”
Geschoolde trainers
Het jeugdplan vormt een belangrijk onderdeel voor de toekomst. Wijntjes: ,,De accenten zijn meer op het individu komen te liggen en we selecteren puur op kwaliteit: een mix van talent en motivatie. Vroeger was het zo: Jantje speelt bij Pietje. Die beginnen in de F7 en dan zie we in de A-junioren wel wie er nog over is. We willen hoog opgeleide trainers, minimaal Hoofdklasse-waardig. De coaches worden ook allemaal collectief nageschoold. Uiteindelijk hopen we zo meer doorstroming naar het eerste elftal te krijgen.”
Tijdens het gesprek schuiven Niek Bloemendaal en Jeroen Desar van de Technische Commissie aan. ,,Als je vraagt of er veel eigen jeugd in het eerste speelt, is het antwoord nee”, zegt Desar. ,,Mark van der Heijden heeft de afgelopen jaren de helft van de wedstrijden gespeeld. En Youssef Ait el Houssi is een Sassenheimer, hoewel die via Teylingen en SJC bij ons kwam.”
Ter Leede streeft naar een voor de achterban zo herkenbaar mogelijk eerste elftal. Bloemendaal: ,,Als we kunnen kiezen tussen twee spelers, hebben we twee speerpunten: je moet zo dicht mogelijk uit de buurt komen en het liefst uit Sassenheim.”
Besnuffelen
Ter Leede behuist de Roodemoolen samen met buurman Teylingen. ,,De samenwerking is nog nooit zo prettig en intensief geweest”, vertelt Wijntjes. Dat komt mede door het renovatieproject onder regie van de Stichting Exploitatie Sportpark de Roodemolen. ,,Ook op andere terreinen snuffelen we hoe we elkaar kunnen versterken.”
Wijntjes ziet het op termijn wel tot een fusie komen. Ik denk dat we er beiden sterker van zouden worden. Een fusie heeft vooral het juiste momentum nodig. Ik zie het er ooit wel van komen, maar alleen nog niet in mijn huidige bestuurstermijn.”
De 63-jarige Wijntjes geniet van zijn voorzitterschap . ,,Het is bijna een dagtaak, maar erg leuk om te doen. Als voorzitter moet ik vooral zorgen dat de goede mensen elkaar op de goede momenten versterken. Sinds ik bij AEGON weg ben, heb ik mijn handen vrij. Ik zeg wel eens gekscherend dat ik een voorzitter van de krijtlijnen en de doelnetten ben, dus van de gehele club.” Toch filosofeert Wijntjes al voorzichtig over zijn opvolging. ,,Ik denk eraan om mijn termijn los te laten en uiteindelijk ruimte te maken voor een nieuwe, frisse bestuurder.”