‘Van Kooten en De Bie’ lanceerden ooit de term ‘krasse knar’ in de Nederlandse taal. Een eretitel voor een een dynamische, vitale senior. Die benaming is zonder meer van toepassing op Frans van der Laan. Afgelopen zaterdag bereikte de inwoner van Lisse een volgende mijlpaal in zijn leven.

Van der Laan vierde zijn zeventigste verjaardag  op gepaste wijze met zijn gezin, maar dat weerhield hem niet om nog diezelfde dag met zijn teamgenoten van Veteranen I een competitiewedstrijd af te werken. ,,Voetballen is nog altijd het mooiste dat er is. Een wedstrijd kijken doe ik ook graag, maar de bal aan mijn voet kan ik nog altijd niet missen.”

Een mensenleven lang is Van der Laan al behept met het voetbalvirus. Samen met echtgenote Nel bracht hij dat over op hun drie kinderen Jeanet, Petra en Michael. Net zoals hij zijn enthousiasme over het spelletje en de liefde voor zijn club tot op de dag van vandaag in de praktijk brengt als speler en vrijwilliger op Ter Specke.

,,Dat was voor mij de bekroning van die fusie.”

Als eerste-elftalspeler was hij ooit jarenlang actief voor Sportclub Lisse, de voorloper van de FC. Na de fusie acteerde Van der Laan op zaterdag vier seizoenen in het vlaggenschip van de FC om vervolgens tien jaar lang de begeleiding van dat team op zich te nemen.

Bouwen
Terugkijkend op die periode noemt Van der Laan het kampioenschap van de Hoofdklasse A dat FC Lisse in 1997 na een historisch beslissingsduel op Middelmors tegen Scheveningen behaalde als een van de hoogtepunten uit die periode.

,,Dat was voor mij de bekroning van die fusie. Jarenlang was er op alle manieren binnen de club naar toe gewerkt. Op voetbaltechnisch gebied, binnen de organisatie voor de noodzakelijke randvoorwaarden en vooral ook door de vele vrijwilligers bij de club. Zoiets is een kwestie van bouwen. Dat realiseer je met en voor elkaar.”

,,Dat waren drukke maar verschrikkelijk mooie middagen.”

,,De fusie is een succesnummer geworden. In het begin dacht ik dat het met zo’n 1.500 leden allemaal te groot zou worden. De voordelen hebben alles echter overtroffen. Al na een paar jaar was het gewoon een echte club geworden.”

Vervolgens werden de zaterdagen gevuld met het bekijken van de wedstrijden van hun drie kinderen. Van der Laan: ,,Dat betekende dat we bij Ter Leede gingen kijken waar Jeanet speelde en daarna naar Lisse of Noordwijk waar Michael voetbalde. En natuurlijk Petra, die voetbalde op Ter Specke. Dat waren drukke maar verschrikkelijk mooie middagen.”

Voetballen had het drietal dan ook met de paplepel ingegeven gekregen. Moeder Nel speelde voetbal tot haar veertigste, vader Frans vanaf de jongste jeugd tot op de dag van vandaag. Liefst op het veld, maar als het niet anders kon of kan in de zaal.

,,Tegenwoordig met Veteranen 1 doen we dat zo’n 45 zaterdagen per jaar. Als we geen competitiewedstrijd hebben, proberen we vriendschappelijk te spelen en anders gaan we de zaal in. Net als wekelijks trainen, want ook dat hoort er bij.”

45+ competitie
Met teamgenoten als zoon Michael, dochter Jeanet, schoonzoon Kevin Winter, FC Lisse topscorer aller tijden Marc Ens en good-old Theo Godyla staat er op zaterdagmiddag een paar eeuwen voetbalervaring op het veld.

,,Ervaring of geen ervaring, het zijn vooral liefhebbers”, geeft Van der Laan, spelend als laatste man, aan. ,,Het enige nadeel hiervan is dat ik het eerste elftal niet zo vaak kan zien spelen. Maar zelf voetballen vind ik nog altijd het allermooiste en zolang ze me erbij willen hebben en ik het zelf kan volhouden wil ik het ook blijven doen.”

Zolang je dat blijft doen, komt er niets van stilzitten. Het houdt je fit en je houdt al je contacten op peil.”

Wie denkt dat het voetbalhoofdstuk daarmee gesloten kan worden heeft het mis. Van der Laan is al zo’n vier jaar ook lid van VVSB. Op De Boekhorst trapt hij op zondagmorgen in de interne competitie eveneens een balletje mee.

,,Dat deed ik eerst bij FC Lisse in de 45+ competitie, maar dat was op een gegeven moment afgelopen. VVSB ligt om de hoek”, vertelt Van der Laan vol vuur. ,,En ook daar heb ik het uitstekend naar mijn zin. Het klinkt wellicht overdreven, maar mijn stelling is dat je in beweging moet blijven zolang je dat kunt. Zolang je dat blijft doen, komt er niets van stilzitten. Het houdt je fit en je houdt al je contacten op peil.”

Van der Laan, die ook als zaalvoetballer uitstekend uit de voeten kon, greep tot tweemaal toe net naast de Nederlandse zaalvoetbaltitel. Uiteindelijk sleepte hij met zijn teamgenoten wel de Benelux Cup in de wacht. ,,Met een team waarin veel Lissese jongens speelden en waar Wim van Harskamp op doel stond. Eveneens een mooie tijd, maar het gras trok me toch altijd het meeste.”

,,Daar komen de zes kleinkinderen nog bij. Nel en ik genieten er enorm van. En natuurlijk ook voetballertjes hè.”

Toch is er nog een andere hobby die Van der Laan met heel veel plezier beoefend. Sinds zijn pensionering, zo’n tien jaar geleden, stortte hij zich vol overgave en met succes samen met Jan van ‘t Oever op de duivensport. Het duo heeft zich intussen de top van Nederland binnengewerkt.

,,Het duivenvirus heb ik ooit meegekregen in mijn jeugd van mijn helaas veel te vroeg overleden broer Henk. In mijn jeugd werd de duivensport op nog veel grotere schaal beoefend. Veel mensen in de buurt waren toen duivenmelker. Zelf had ik er later, mede door mijn gezin, het werk en natuurlijk ook  de voetbal, nooit echt tijd voor.”

Longen
,,Toch heeft het me nooit los gelaten. Toen ik wel voldoende tijd kreeg is het ‘duivenvirus’ weer volledig ontwaakt. Zelfs een flinke longaandoening, die veroorzaakt werd door het in contact komen met de duiven  heeft me niet weerhouden om door te zetten. Met beschermende kleding en vooral een filterend masker op mijn gezicht is het goed te doen.”

,,De stof waar ik mee in aanraking kwam, zorgde er zo’n zeven jaar geleden voor dat ik weleens naar lucht liep te happen. Uiteindelijk bleken mijn longen deels aangetast. Nu gaat het goed, hoewel ik met voetballen niet hoef te proberen drie man uit te kappen. Dan moet ik alsnog even naar lucht happen. Maar dat zal ook met mijn leeftijd te maken hebben.”

,,Het is net als bij het voetballen, zolang ik er plezier aan beleef, en dat doe ik, blijf ik dit doen. Daar komen de zes kleinkinderen nog bij. Nel en ik genieten er enorm van. En natuurlijk ook voetballertjes hè. Dat maakt het nog leuker”, sluit van der Laan met een glimlach af.

POPULAIRE BERICHTEN