Hoe anders zou de voetbalcarrière van Marco de Ridder zijn verlopen als hij bij de overstap naar de A-junioren van SJC zijn keepershandschoenen niet had ingeruild voor een veldspelersshirt? Als aanvaller ging het zo lekker dat de oud-keeper al na een jaar werd overgeheveld naar de A-selectie. Als veelvuldig scorende spits maakte hij vijf seizoenen vol in het eerste elftal. Vervolgens stond trainer Arie Lagendijk namens vv Katwijk voor de deur. De overstap naar De Krom, op 22-jarige leeftijd, luidde een succesvolle periode in voor De Ridder. Met de oranjezwarten wist hij maar liefst drie landstitels in de wacht te slepen.
,,Het blijft een apart verhaal”, vertelt Marco de Ridder (47). ,,Als keeper had ik het laatste jaar bij de B-junioren zo weinig te doen dat ik besloot om veldspeler te worden. Bovendien zag ik in de toekomst de concurrentie met keepers als Ted van der Meer en Ed Zuidhoek niet echt zitten. Het voetballen ging me goed af en al snel debuteerde ik in het eerste. Een aantal jaar later hadden Jan van den Berg en ik een conflict met SJC. We zouden samen naar VVSB vertrekken, maar toen kwam vv Katwijk op mijn pad.’’ In Katwijk kwam De Ridder bij een selectie terecht die aan de vooravond van grote successen stond. ,,De overstap heb ik nooit als moeilijk ervaren. Het ging allemaal wel sneller, maar ik kon meteen mee. Hoewel het wel aanpoten was. Ik herinner me van die periode dat ik op de training de nodige schoppen kreeg, maar dat versnelde het leerproces alleen maar.’’
Met vv Katwijk pakte Marco de Ridder in zijn eerste jaren op De Krom drie afdelingstitels op rij en twee landskampioenschappen. Oranjezwart regeerde van 1992 tot 1995 het Nederlandse amateurvoetbal. ,,We voelden ons gewoon onoverwinnelijk. Dat is natuurlijk raar, maar het leefde nu eenmaal zo. Als we eens een keer achter kwamen, haalden we onze schouders op en zetten dat daarna even recht. Pas veel later besef je dat zoiets helemaal niet gewoon is. Het was een geweldige periode met dito medespelers. In 2000 pakten we de landstitel nog een keer, zij het met een grotendeels ander team dan in die beginperiode.’’
Altijd willen winnen
Op 25 mei 2002 volgde het afscheid van linkerspits De Ridder. De afscheidswedstrijd was een belangrijke: bij DVS’33 diende vv Katwijk het hoofdklasserschap veilig te stellen in een direct degradatieduel tegen ONS Sneek. Uiteindelijk won Katwijk met 4-1 waarbij De Ridder tweemaal trefzeker was. Het waren meteen de laatste goals van een speler die tien jaar lang zijn stempel (mede) drukte op een glorieuze periode in de historie van vv Katwijk. ,,Aan het begin van dat seizoen had ik al aangegeven aan stoppen te denken. Ik wilde afscheid nemen via de voordeur. Fysiek ging het me steeds zwaarder af, en ik wilde voorkomen dat anderen gingen zeggen dat het beter was om er een punt achter te zetten.’’
Het vrij vroege einde van zijn carrière, op 32-jarige leeftijd, zal ook te wijten zijn geweest aan zijn speelstijl. De Ridder omschrijft zichzelf als een ’type Kuijt’. Hij had een goed schot in huis, wilde altijd winnen en was ook koppend van waarde. Sleurde waar nodig, scoorde regelmatig en wist Hans Zwaan, Katwijks kopsterke spits, met zijn voorzetten vaak perfect te vinden. ,,Dat was dankbaar voetballen. Met Hans erbij hoefde je hem maar goed voor te slingeren om van succes verzekerd te zijn’’, blikt de geboren Noordwijker terug, die zes jaar geleden bij het korps Haaglanden tot politie-agent is omgeschoold.
Na zijn actieve carrière zette de aanvaller zijn carrière voort als jeugdtrainer. Vijf seizoenen lang was hij actief bij de A-junioren van Katwijk, om daarna voorrang te geven aan zijn gezin. ,,Mijn drie kinderen wilde ik ook wel zien sporten. Dat vond ik belangrijk. Katwijk bleef ik uiteraard wel volgen. Dat is toch altijd mijn club gebleven. Daar heb ik warme gevoelens bij. Eigenlijk is het een grote familieclub, zeg maar SJC in het groot. Vandaar dat ik er ook goed aardde. De beleving is er echt uniek.” Dat virus zit waarschijnlijk in de gehele familie, omdat zoon Tim er inmiddels in de A-junioren speelt en vader Henk en moeder Lida de club ook nog altijd op de voet volgen. ,,Zoals ze dat ook deden toen ik er nog speelde. Mijn vader maakt op De Krom al jaren deel uit van de onderhoudsploeg. Ook zij zijn er blijven plakken.’’
Flink mopperen
Marco is intussen weer terug op het trainingsveld bij Katwijk. Samen met een aantal oud-spelers verzorgt hij er eens per maand een zogenaamde ’linie-training’, waarbij hij als ervaringsdeskundige de Katwijker aanvallers van nuttige tips hoopt te kunnen voorzien. ,,Daar blijft het bij omdat ik door mijn onregelmatige diensten geen elftal onder mijn hoede kan nemen. Daarnaast trap ik bij Foreholte in een vriendenteam de laatste jaren nog met veel plezier tegen een balletje.’’
Tot slot beklemtoont Marco de Ridder zijn liefde voor vv Katwijk nog eens extra door een anekdote uit een ver verleden te vertellen. ,,In 1995 konden we de derde landstitel op rij bemachtigen. Uit bij Kozakken Boys moesten we met drie goals verschil winnen. Dat leek te gaan lukken, maar na een benutte discutabele penalty ging die titel aan onze neus voorbij. In de bus terug naar De Krom zaten we allemaal flink te mopperen. De stemming was waardeloos. Waar we een lege Krom dachten aan te treffen, stonden de supporters ons op te wachten met fakkels. Daarna volgde een onvergetelijke feestavond, hoe gek dat ook klinkt. Dat is Katwijk!’’
Tekst: Leo Schrama
Foto: Orange Pictures