Barry Opdam is één van de beste voetballers die de Bollenstreek heeft voortgebracht. De verdediger (38) speelde meer dan een decennium voor AZ, werd landskampioen met Red Bull Salzburg en diende achtmaal het Nederlands elftal. Opdam leerde echter voetballen bij FC Lisse. Dinsdag lazen we hoe zijn eerste stappen op voetbalgebied verliepen. Vandaag in deel 2 het vervolg.

Een jongensboek moet de goede typering zijn. Tweemaal scoren bij je debuut, dat is weinigen gegeven. Opdam (links op de foto) deed het halverwege jaren negentig. ,,Het was bij Vitesse Delft”, herinnert hij zich nog. ,,In de rust was ik aan het inschieten met Nico Groeneweg. Ik schoot de bal het vangnet over en moest die in een koeienweiland gaan halen. Ik weet nog dat ik me toen afvroeg waar ik beland was. Eenmaal in het veld schoot ik er twee in. Ik zal dat niet snel vergeten. In de D en C-tjes stonden we vaak bij de zaterdag 1 te kijken. Het was altijd mijn doel om daar te komen.”

Lisse speelde in die tijd pas een paar jaar op het hoogste niveau. Vooral de vele derby’s maakten indruk op Opdam en de zijnen. ,,Lisse was er toen net bij en alles was nieuw. Dat had een enorme aantrekkingskracht. Er waren wel standaard tussen de 1500 en 2000 man. Tegenwoordig is dat minder. Ik snap dat wel. Katwijk, Ter Leede en Noordwijk uit, het is allemaal gewoontjes geworden.”

Zlatan en Van Nistelrooy

Zelf had Opdam toentertijd zijn voorkeuren. ,,Ik speelde graag bij Rijnsburgse Boys. Die hadden een mooi, breed veld. Ook bij Quick Boys was het mooi voetballen, in die kuil. Ook toen waren er veel supporters. Dat maakte wel indruk. Ik vond dat wel mooi. Je speelde dan tenminste niet om de kat ze kut. Met Katwijk had ik persoonlijk minder. Die speelden echt werkvoetbal. Bovendien stonden de supporters dicht op het veld en zij leefden erg mee. Net als tegen Scheveningen waren dat vaak pittige duels. Ik was achttien jaar en stond als linkshalf tegen gelouterde jongens van tien jaar ouder. Zij waren veel fysieker en ook gemener.”

Het was Mark Wotte die Opdam het volledige vertrouwen schonk en hem zijn vaste linkshalf maakte. In het betaalde voetbal ging hij zich vervolgens toeleggen op het verdedigen. Voor het onbevangen acties maken, zoals hij altijd had gedaan, was steeds minder plaats. Niettemin haalde Opdam altijd veel voldoening uit het verdedigen. ,,Je probeerde jongens als Zlatan, Mido, Van Nistelrooy en Nilis uit de wedstrijd te spelen. Als zij tegen mij niet scoorden, gaf dat echt een kick.”

In het beeld dat het betaalde voetbal kil is, zegt Opdam zich niet te herkennen. Al komt dat waarschijnlijk door het type clubs waarvoor hij heeft gespeeld, voegt hij toe. ,,Bij AZ heb ik twaalf jaar gespeeld, een heel warme club. In het begin moest ik mijn plek vinden, maar ik heb daar met veel mensen een band opgebouwd. Red Bull Salzburg is een heel warme club. Daar werd ik direct opgenomen. En FC Volendam is ook een fijne club.”

Zijn verblijf in het Palingdorp werd door blessureleed geen succes. Een kleine twee jaar geleden beëindigde Opdam zijn carrière. In de wandelgangen werd hij nog gekoppeld aan een terugkeer in de hoofdmacht van FC Lisse, maar dat was voor hem nooit een serieuze optie. Opdam betwijfelt of hij het niveau in de Topklasse nog aan zou kunnen. ,,Inzichtelijk wel, maar fysiek niet meer. Ik ben al twee jaar gestopt en heb weinig getraind. Op basis van mijn ervaring zie ik wel waar een bal gaat komen en kan ik het neerzetten. Daarin zou ik een meerwaarde kunnen zijn. Maar bij een diepe bal ben ik met mijn 38 jaar niet meer de sterkste.”

Dollen en lachen

Van Opdam hoeft het ook niet meer zo nodig. Veel liever voetbalt hij met zijn vrienden in het tiende. ,,Niks moet, alles mag. Die vrijblijvendheid staat me wel aan. Lekker lachen en dollen met elkaar en dan eindigen in de kantine. Fantastisch. Dat heb ik tijdens mijn carrière soms wel gemist. Als er een vrijgezellenfeest was op vrijdag of zaterdag, dan kon ik niet mee. Dat waren voor mij onmogelijke dagen. Dan moest ik later de verhalen horen. Vooropgesteld: ik heb veel mooie dingen meegemaakt. Er bestaat niets mooiers dan in De Kuip voor 50.000 man te spelen. Maar ik heb er ook veel voor moeten laten. Als ik op zaterdag vrij was, ging ik vaak al kijken bij die gasten. Maar als ik de volgende dag zelf moest spelen, ging ik niet de kantine in, maar direct naar huis.”

Naast, maar ook op het veld, vermaakt Opdam zich opperbest. ,,Laatst speelden we tegen SJC, tegen mijn zwagertje. Ik heb echt gevouwen gelegen. Ze proberen je dan een poortje te geven. Zelf probeer ik soms ook iemand te poorten, dat vind ik wel leuk. In het betaalde voetbal stappen ze dan in, maar hier blijven ze gewoon staan. Het is ideaal dat ik nu trainer bij de D2 van Volendam ben. Dan kan ik ’s middag nog lekker zelf spelen. Als je een leeftijdscategorie hoger gaat, moeten ze vaak al om 2 uur spelen. Ik wil voorlopig blijven voetballen, daar vind ik het nog veel te leuk voor.”

POPULAIRE BERICHTEN