Afgelopen zaterdag verloor FC Rijnvogels de heenwedstrijd in het tweeluik tegen ACV met 1-0. Een kleine nederlaag die de ploeg in eigen huis recht moet zetten. Volgens velen een te nemen horde, maar Joey Zandbergen waakt voor teveel positiviteit. ,,Het is echt een gelijkwaardig team.”
,,Een klein beetje zenuwachtig”, bekent Joey Zandbergen, de 29-jarige centrale verdediger van Rijnvogels wanneer hem gevraagd wordt naar zijn gemoedstoestand. Zaterdag moet het gebeuren en de ervaren kracht is zich daar goed van bewust. ,,Wij moeten winnen, zij mogen ook gelijkspelen. Wij zullen een hele goede dag moeten hebben, en dan ben ik ervan overtuigd dat we kunnen winnen. Maar kwalitatief zijn we gelijkwaardig aan ACV, dat hebben we in de heenwedstrijd wel kunnen zien.”
Geen onderschatting
Daarmee klinkt Zandbergen een stuk minder zelfverzekerd dan sommige van zijn teamgenoten. Die waren, ondanks de nederlaag, zeer positief over de kansen in de return. Iets wat bij tegenstander ACV overigens niet helemaal goed viel, getuige ook de woorden van de winnende coach Hans de Jong.
Zandbergen wil de hele kwestie desgevraagd best nuanceren. ,,Het is volgens mij allemaal een beetje overdreven. Natuurlijk gaan we positief die return in, maar er is niemand bij ons die de wedstrijd onderschat of ACV tekort wil doen. Zoals ik al zei: we zijn kwalitatief gelijkwaardig. Dus ik schat onze kansen persoonlijk op fify-fifty.”
Een van details die het verschil kan maken is volgens Zandbergen de ondergrond. ,,Thuis spelen we op kunstgras. Persoonlijk heb ik dat liever dan echt gras. Begrijp me niet verkeerd, echt gras is uiteindelijk het beste, maar dan moet de mat wel echt goed zijn.” Een ander punt waarop Rijnvogels het verschil kan maken, is misschien de conditie. ,,Toen Thomas Dijk in de ploeg kwam, ging het bij ons beter lopen. Toen gingen we met meer druk naar voren spelen en kwamen er kansen. Ik had in die fase het gevoel dat we conditioneel iets sterker waren.”
Al met al gaat Rijnvogels vol voor de promotie. ,,We hebben individueel én met de groep de laatste wedstrijd van ACV teruggekeken en ook de wedstrijd tegen ons geanalyseerd. Waar we ze pijn kunnen doen? Dat weet ik niet, of misschien wil ik het wel niet zeggen”, zegt Zandbergen met een knipoog. En dan weer serieus. ,,We moeten zaterdag de wil om te winnen tonen. Vol erop, alles opzij om één keer nog te winnen. Gretig zijn in de duels en die dan ook winnen. Spelen met passie en lef. Als we dat doen, dan geloof ik echt in onze kansen.”
Een uitverkochte Kooltuin zal het team ongetwijfeld een goede best geven. ,,Ja, het leeft aardig. Ik hoorde al iets over professioneel vuurwerk en naar Assen waren ook al vijf bussen mee. Er komen zelfs mensen van Quick Boys en Rijnsburg kijken. Dat is toch hartstikke mooi?”
Promotie is, zo concludeerde doelman Peter Messemaker al, bijna noodzakelijk. ,,We moeten gewoon goed beseffen waar we voor spelen”, zegt Zandbergen. ,,Dit zijn wedstrijden waar je weken naar toe kunt leven. Als we promoveren krijgen we vier tot vijf van dit soort thuiswedstrijden per seizoen. Dat is leuk voor de fans en goed voor de club. Maar goed, eerst maar eens zaterdag overleven.”
Toekomst
Volgend jaar, of het nu in de Derde Divisie of Hoofdklasse is, is Joey Zandbergen de laatste van de drie broers bij Rijnvogel. Sammy en Mitchell vertrekken allebei naar het Leidse Boshuizen. ,,Ergens is dat wel jammer ja, maar ik hoop dat ze daar in het eerste elftal komen en wekelijks kunnen spelen”, vertelt Joey, de oudste van het stel. Keeper Mitchell moet de ervaren Messemaker voor zich dulden, terwijl Sammy, mede door blessures, niet altijd veel speeltijd krijgt. Iets wat grote broer Joey af en toe met lede ogen aanziet. ,,Hij is de meest talentvolle van ons drieën. En misschien wel van de hele selectie van Rijnvogels. Het zou goed zijn als hij dat zelf wat meer gaat beseffen. Dan heeft hij een hele mooie toekomst voor zich.”
Zelf hoopt Joey Zandbergen volgend seizoen nog een flink aantal derby’s op uitverkochte sportparken te spelen, om het daarna misschien wel wat rustiger aan te gaan doen. ,,Ja, ik ben bijna klaar”, klinkt het semi-serieus. Om op wat ernstiger toon te vervolgen: ,,Ik merk dat de combinatie met werk steeds wat lastiger wordt. Ik werk geen 40 uur in de week, zal ik maar zeggen. En met ook nog een kleine thuis, wordt het soms wat veel. Gelukkig is mijn grootste fan, mijn vader, tevens mijn baas, dus voorlopig valt het nog wel even te combineren!”
Foto’s: Kooltuinstrijders