Het is enkele weken na zijn, voor velen toch onverwachte, besluit om te stoppen bij FC Rijnvogels. Gezeten op zijn eigen bankstel in zijn eigen woonkamer oogt Peter Messemaker vrolijk en ontspannen. Het gaat dan ook prima met de lange oud-doelman. ,,Ik heb het drukker dan toen ik nog voetbalde. Iedereen weet ik dat ik nu tijd heb. Ik heb deze week geloof ik al zes keer getennist.”
De thuiswedstrijd tegen Rijnsburgse Boys (4-1 verlies) gaat dus de boeken in als de laatste met Messemaker tussen de palen. De conclusie dat het passeren door trainer Hein van Heek in de laatste wedstrijd van het seizoen, uit bij Harkemase Boys, meespeelde, is een eenvoudige. Maar reeds op Friese bodem liet Messemaker doorschemeren dat er meer aan de hand was. ,,Ik kap ermee, er is teveel gebeurd”, waren toen zijn onheilspellende woorden. Nu, zoveel weken later, wil de oud-doelman wel uit de doeken doen, hoe hij het seizoen beleefd heeft.
,,Na een nederlaag kan ik rest van de dag met zo’n smoel lopen, maar er waren jongens die na vijf minuten al weer met een biertje liepen te lachen en te dansen.”
Grofweg kwam zijn beslissing om te stoppen tot stand door twee grondslagen. Enerzijds een gesprek met de trainer, de dinsdag voor het duel met Harkemase Boys, en anderzijds het verloop van het, voor Rijnvogels toch al zo teleurstellende, seizoen. ,,We hebben dit seizoen na de winterstop niet het niveau gehaald achterin wat we de afgelopen seizoenen wel hebben gehaald”, steekt Messemaker van wal. En dan komt een duidelijk gebrek aan het licht. ,,Als het tegenzit is het bij ons al snel een collectief falen. Dan heb je te weinig mensen met een clubgevoel die wel het onderste uit de kan kunnen halen. Althans zo heb ik het ervaren.”
Messemaker redt tegen Barry Powel in het duel tegen IJsselmeervogels
Een duidelijke breuk met het verleden, volgens Messemaker ,,Afgelopen jaren, als het even tegenzat, gingen we voor elkaar door het vuur. Dan waren we veel meer een collectief en een team. En nu waren er denk ik teveel groepjes in de selectie. Je kreeg een soort eilandvorming. Dat kwam doordat er teveel jongens van buitenaf zijn gekomen. Ik wil ze niet tekort doen, want het zijn perfecte gasten, maar ze zoeken elkaar toch een beetje op.”
Die verse aanwas was nodig omdat Rijnvogels promoveerde naar de Derde Divisie en een aantal spelers zoals Mitchell Beijersbergen en Pepijn Kooij langdurig geblesseerd was. ,,Voor de winterstop hebben we een goede serie neergezet, ik denk dat we vijf of zes wedstrijden met goed voetbal wonnen. Als het goed gaat hebben we een elftal waarin iedereen zijn niveau haalt, maar als we in een mindere fase terecht komen, zie je dat mensen er anders in staan. Na een nederlaag kan ik rest van de dag met een uitgestreken smoel lopen, maar er waren jongens die na vijf minuten al weer met een biertje liepen te lachen en te dansen. Dat wijt ik aan clubgevoel. Die spelen iets meer voor het geld misschien”, denkt Messemaker.
,,Toen knapte er ook wel iets bij mij. Ik begreep niet dat deze vraag gesteld werd.”
Pogingen om het tij te keren liepen, zoals we nu weten, uiteindelijk op niks uit. ,,Als het slecht gaat moet je elkaar de waarheid kunnen vertellen, maar je moet er ook keihard voor kunnen knokken. De waarheid vertellen konden we elkaar allemaal, maar er voor knokken was er niet meer bij. Trainingen werden afgeraffeld, soms werd er een grote mond tegen de trainer gegeven, die er amper tegenin ging. ‘Kom ik uit een andere generatie?’, denk ik dan. En dat heeft me op een gegeven moment aan het denken gezet: is dit wat ik nog een jaar wil?”
Mindere fase
Het zaadje was dus gepland in het hoofd van Messemaker als hij de dinsdag voor Harkema hoort dat Van Heek overweegt hem te passeren. ,,Ik heb gezegd dat ik vind dat ik dat niet verdien en dat hij het niet moet doen”, vertelt Messemaker. ,, Ik hoef niet onder stoelen of banken te steken dat ik in een mindere fase zat. Maar ik heb wel gezegd dat ik niet snapte dat hij dat dan in de laatste wedstrijd van het seizoen doet.” Van Heek vraagt vervolgens aan Messemaker hoe hij zich op zou stellen indien hij volgend seizoen genoegen moet nemen met een plek op de bank. Rijnvogels heeft zich op dat moment verzekerd van de diensten van Jeffrey Verkerk van TOGB.
,,Het is jammer dat het op deze manier eindigt. Dat vond hij ook.”
,,Toen knapte er ook wel iets bij mij”, zegt de geboren Rijnsburger. ,, Ik begreep niet dat deze vraag gesteld werd. Komt er een echte concurrent uit de Derde Divisie of Hoofdklasse bij, dan snap ik dat. Maar deze jongen speelt drie niveau’s lager [zondagse Tweede Klasse, red] . Niemand weet precies wat zijn kwaliteiten zijn en of hij het niveau wel aankan.”
Gebrek aan vertrouwen
Het laat Messemaker achter met het gevoel dat er vanuit de technische staf geen vertrouwen meer is in zijn kwaliteiten. ,,Ik heb Hein gezegd dat ik er altijd voor zal knokken en dat als ik op de bank terecht kom, het wel terecht zal zijn. En als ik dan op de bank zit, ga ik lekker in het tweede spelen en dan knok ik me wel terug. Het gesprek eindigde een beetje open. En toen kwam vrijdag dat telefoontje erachteraan. Dat was klap op klap op klap. Dat de sfeer weg was, en ik achtte de groep niet leuk genoeg om nog een jaar door te gaan. En toen het gebrek aan vertrouwen van de trainer en het niet meespelen in Friesland. De keuze werd steeds makkelijker.”
,,Denk er even rustig over na, zei hij dan. Maar als je in je hoofd al een bepaalde berusting hebt, ga je niet zo snel meer overstag.”
Messemaker noemt het laatste seizoen, en alles wat er gebeurd is, een zwarte bladzijde in wat verder een mooi boek is. ,,Ik wil ook verder naar niemand met modder gooien. Ik vind de club geweldig, het is echt een deel van mij geworden. En ik heb alles voor de club gedaan, ook buiten het voetbal om.” Naar eigen zeggen kan Messemaker nog prima met Van Heek door één deur. ,,Ik vind de trainer ook een geweldige vent. Ik heb acht jaar goed met hem samengewerkt, maar een kat in het nauw maakt kennelijk rare sprongen. Het is jammer dat het op deze manier eindigt. Dat vond hij ook.”
Ponypark Slagharen
Heel even dacht Messemaker erover om nog ergens te gaan keepen. ,,Mijn vader kwam altijd kijken en hij baalde echt heel erg dat ik ging stoppen. Op zijn verzoek heb ik mijn naam ingevuld bij de spelerscarrousel van Voetbal op Zaterdag. ‘Wie weet komt er wat moois’, zei hij.” Met een grote grijns vertelt Messemaker wat er vervolgens gebeurde: ,,Mijn besluit stond eigenlijk al vast, dus ik deed het puur voor mijn vader. Een uur later werd ik al gebeld door verschillende clubs. Hij stond helemaal te glunderen joh!”
De familie Messemaker brengt dat weekeinde door in Ponypark Slagharen, en ondertussen staat de telefoon roodgloeiend. ,,Dan zei mijn vader: ‘en, en, en?’ Ja pap, dat was Jodan Boys en dat was die en dat was die. ‘Denk er even rustig over na’, zei hij dan. Maar als je in je hoofd al een bepaalde berusting hebt, ga je niet zo snel meer overstag.”
,,Mijn vrouw was bang dat ik in een gat zou vallen, maar volgens mij heb ik het drukker dan voorheen.”
Was er dan geen enkele club geweest die succesvol naar de diensten van Messemaker had kunnen dingen? Nou, ik had Ter Leede of Rijnsburgse Boys, lekker hier in de regio nog wel serieus overwogen. Dan weet je dat je concurrentie hebt, maar die uitdaging was ik nog wel aangegaan. Maar uiteindelijk weet ik niet of ik het gedaan had. Na die dag in Harkema, dan zit je in de bus terug. Dan zit je te malen. En dan denk je: Peet, het is misschien mooi geweest. Je hebt een mooie carrière achter de rug. Het is een mooi boek met een zwarte bladzijde aan het eind.”
Nieuwe functie
En dus is een tijd aangebroken van tennissen en tuinmeubels maken van steigerhout. Messemaker geniet van de rust en de tijd die hij nu aan zijn gezin kan besteden. ,,Ik vind ook dat mijn vrouw en kinderen dat nu wel verdienen. Mijn vrouw was bang dat ik in een gat zou vallen, maar volgens mij heb ik het drukker dan voorheen.”
Bij zijn afscheid kondigde zijn club reeds aan hem graag te behouden in een andere functie. Inmiddels zijn de eerste gesprekken daarover reeds gevoerd. ,,Daar is uit naar voren gekomen dat ik eigenlijk verschillende functies ga bekleden. Ik ga de jeugdkeeperstrainers helpen, en ik ga wat scoutingswerk doen. En verder ga ik af en toe nog mee trainen wanneer het nodig is. Als er iemand geblesseerd is of zo. Het is in de toekomst ook de bedoeling om het team te versterken als de keeperstrainer van het eerste. Maar eerst ga ik even afstand nemen van het voetbal.”
Foto’s: Ron Hoeson