Voor Hillegom-speler Jasper van Trigt is het seizoen al zo goed als afgelopen. De spits scheurde twee weken geleden in het bekerduel met De Brug zijn kruisband en ligt hoogstwaarschijnlijk zo’n negen maanden uit de roulatie. Dat bleek nadat Van Trigt gisteren de uitslag kreeg van een MRI-scan. ,,Het is klote, maar je kunt er weinig aan doen.”
Na Noordwijk-spits Jeroen Borsboom is hij al de tweede speler die vroegtijdig een kruis door zijn seizoen moet zetten. Zonder dat er een tegenstander in de buurt was verdraaide Van Trigt zijn knie. ,,Ik voelde gelijk dat het mis was. Ik hoorde een soort knak. Precies hetzelfde geluid dat ik hoorde toen ik mijn enkelband scheurde. Ik wist dus wel hoe laat het was.”
Pijn heeft de spits niet. ,,Nee dat valt nu wel mee. Het is ook niet heel dik. Op school doe ik ook veel met sport, dus dat wordt wel een probleem mocht ik me laten opereren. Dat is wel balen.”
Een datum voor een eventuele operatie is nog niet ter sprake gekomen. ,,Ik ga van de week naar de fysiotherapeut en dan gaan we kijken hoe we de knie zo sterk mogelijk kunnen maken. Later zal ik met de arts gaan bespreken wat we doen. Er is ook nog wat schade aan de meniscus, maar dat moet nog even goed worden bekeken.” Echt terneergeslagen is hij, hoe gek het ook misschien klinkt, niet. ,,Tuurlijk is het gewoon zuur. Maar hier kon ik niks aan doen. Het is gewoon pech.”
Van Trigt was vorig jaar een belangrijke schakel in het kampioensteam van de ploeg. De spits scoorde zestien keer en was na Jeroen Dedel, die 26 keer het net vond, de meest productieve speler van de club. Naber heeft nu alleen nog de beschikking over Nick van Staveren, die vorig seizoen samen met Van Trigt afwisselend in de punt van de aanval speelde. Van Staveren deed met dertien treffers overigens niet veel onder voor zijn kompaan. Op de vraag wie de voorkeur dit seizoen had gekregen, hult de oefenmeester zich in nevelen. ,,Dat doet er nu ook niet meer toe. Ze zijn van hetzelfde niveau en het was voor beiden nog een verrassing. Nu mag Nick het laten zien de komende tijd.”
Tekst: Tom van der Wilt
Foto: Dirk van de Reep