Het Voetbal in de Bollenstreek kent tal van bijzondere verhalen en unieke personen. Verslaggever Matthijs Snepvangers reist door de streek om die verhalen op te tekenen. In deze aflevering dook hij in het verleden en zocht hij uit dat de bakermat van het voetbal in Noordwijk ligt.
Volgende week, als iedereen met kleine oogjes zit bij te komen van oud en nieuw, wordt in Haarlem afgetrapt voor het voetbaljaar 2016. Traditioneel wordt er gevoetbald tussen Koninklijke HFC en de ex-internationals. Dit ter ere en glorie van de oprichting van HFC op 15 september 1879 als oudste voetbalclub van Nederland.
De oprichting van HFC is ondenkbaar zonder Pim Mulier, de verpersoonlijking van de moderne sport in Nederland. Simpel en grofweg gesteld kun je zeggen dat er een periode voor en een periode na Mulier was. In de periode voor Mulier werden balspelen bedreven met klinkende Hollandse namen als; maliën, klotsen, kolven of beugelen. In de periode na Mulier kwamen sporten op als hockey, rugby en association En vooral die laatste sport heeft ons sportklimaat op zijn kop gezet. Het is de sport die door Pele ‘o jogo bonito’ werd genoemd. Vertaald werd als ‘the beautiful game’, en in ons land bekend staat als koning voetbal.
Dat er in Haarlem in 1879 al gevoetbald werd, lijkt echter niet waar. Er werd in de jaren 1875-1885 vooral cricket gespeeld door de welgestelde jeugd. Pas halverwege de jaren tachtig kwam er ook voetbal bij. De Haarlemsche Football Club zou de enige club rond die tijd zijn die eerder voetbal speelde dan cricket. Bekende namen uit de competities van de Bollenstreek-ploegen zijn ook begonnen als cricketclub en pas later overgegaan op voetbal. Ploegen als Hercules (in de competitie bij VVSB), HVV (bij Hillegom, Foreholte en FC Lisse) en Olympia (bij SJC) zijn hier maar enkele voorbeelden van.
,Kijk’, zegt sporthistoricus Daniël Rewijk, ,,Je moet het zien als een soort hangplek waar de jeugd elkaar toen ontmoette. Het waren de kinderen van de welgestelde burgerij die verenigingen oprichtten en tegen elkaar een potje cricket speelden. Wilden ze de meisjes er ook bij betrekken, dan werd er getennist. Dat was in tegenstelling tot de andere sporten sekseneutraal.’’
Winters vertier
Cricket is een typische zomersport. Maar de jongeren in die tijd wilden ook winters vertier. Daarom werd er bij cricketclub Rood-Wit uit Haarlem overgegaan op voetbal. Daar zijn bewijzen voor die stammen uit 1884. Het is aannemelijk maar niet zeker, dat toen ook HFC werd opgericht. Volgens Rewijk moeten we dat niet zien als het clubvoetbal van tegenwoordig. ,,Zie het als het Vondelpark op zondagochtend. Waar jonge vaders lekker met elkaar een balletje trappen. Het verschil is dat er nu via whats-app wordt afgesproken.’’
Hierdoor valt niet met zekerheid te stellen dat HFC de oudste voetbalclub van Nederland is. Begin jaren tachtig van de negentiende eeuw was er een brede ontwikkeling onder de jeugd. Niet alleen in Haarlem, maar zoals eerder gesteld, in het hele land schoten sportclubs uit de grond. Het was een brede beweging, die niet goed gedocumenteerd is. Volgens Rewijk ‘kun je niet stellen dat één club de oudste is’.
Rewijk promoveerde aan de universiteit van Groningen op een biografie over Mulier. Hij stelt dat er veel informatie over de beginjaren van het voetbal in Nederland niet klopte. Volgens Rewijk ‘romantiseerde Mulier de verhalen om zijn rol in de moderne sport te vergroten’.
Vervloekte KNVB
Maar het is te makkelijk en te grof om Mulier af te schilderen als een leugenaar of beroepsfantast. Daarvoor heeft hij te veel betekend voor het Nederlandse voetbal. Onder meer de tegenwoordig zo vaak vervloekte KNVB is op zijn initiatief opgericht. Maar ook andere sporten kunnen niet zonder Mulier zijn inbreng. De eerste Elfstedentocht in 1909 kwam door de dadendrang van de Haarlemmer. Het hockey bracht hij naar Nederland en hij zorgde ervoor dat de Atletiekbond het levenslicht zag.
Maar laten we ons beperken tot het voetbal en de Bollenstreek.
Mulier blikt in zijn memoires terug op kostschool Schreuders aan de Voorstraat in Noordwijk (zie afbeelding hierboven). Het verhaal gaat dat hij daar in 1871 voor het eerst voetbal heeft gezien. Volgens Rewijk is het ook hier niet met zekerheid vast te stellen dat de toen zesjarige Pim in Noordwijk is geweest. Aannemelijk is het in ieder geval wel. Zijn oudere broer Pieter zat namelijk wel op de kostschool, en er werden Engelse sporten gespeeld. Een familiebezoekje vanuit Haarlem naar Noordwijk was ook in die tijd geen lange rit. Maar de nog jonge Pim kan ook de verhalen over cricket en voetbal hebben gehoord van zijn broer.
Vergaapt
Instituut Schreuders speelt hoe dan ook een belangrijke rol in de ontwikkeling van sport in Nederland. Er waren namelijk ook Engelse studenten en docenten aanwezig, die hun eigen gebruiken meenamen. Een belangrijk facet hiervan was sport. De Hollandse jongens zullen zich hebben vergaapt aan het voetbal dat rond 1870 in Noordwijk werd gespeeld. Al hield dat toen nog het midden tussen het huidige voetbal en rugby.
Maar als we een beetje romantisch denken, kunnen we dus zeggen dat Noordwijk Nederland voetbal bracht. Een stelling die even discutabel is als het etiket dat HFC zichzelf heeft opgeplakt als oudste voetbalclub van Nederland. En omdat we dan toch in een grijs gebied zitten. Waarom niet een keer een wedstrijd tussen de ex-internationals en een Bollenstreekteam. Ter ere van het voetbal in Nederland.
Foto: Erfgoed Noordwijk / Museum Noordwijk – Tekening door Jan Lutgens 1867
Bron: Daniël Rewijk, Captain van Jong Holland, een biografie van Pim Mulier, 1865-1954 (hier te koop)