Marcel IJzendoorn is iemand met het hart op de tong, iemand die altijd wel goed is voor wat rake teksten. Op de hem kenmerkende wijze liet de trainer van SJC zijn licht schijnen op de prestaties van zijn ploeg deze voetbaljaargang. “Uiteindelijk hebben we een goed seizoen gedraaid, eigenlijk boven verwachting, met een periode en daarmee de nacompetitie als toetje. Maar het was wel een toetje wat onwijs vies heeft gesmaakt.”

IJzendoorn doelt daarmee op het dubbele optreden van SJC tegen OJC Rosmalen, dat in totaal met 0-7 over twee duels te sterk was. Met name het met 0-5 verloren heenduel op de Lageweg was pijnlijk. “Verschrikkelijk, dramatisch en uiterst teleurstellend dat we het zo hebben laten afweten. Ik zeg niet dat als we bepaalde zaken naar ons niveau hadden uitgevoerd, dat we dan wél hadden gewonnen. Maar we hadden in ieder geval onze huid duurder moeten verkopen.”

Relativeren
Als IJzendoorn toch iets positiefs uit de afstraffing moet halen, is het dat hij deze uitschakeling makkelijker achter zich kan laten dan twee eerdere nacompetitie-eliminaties. “Ik vond de uitschakeling met Foreholte in 2015 erger dan dit. Toen verloren we voor 3000 man een aantal minuten voor het einde van de verlenging van SVDPW. En met FC Boshuizen gingen we onderuit tegen een ploeg (Bemmel), die kwalitatief dertig procent minder was. Begrijp me niet verkeerd: het was met die 0-5 een loodzware avond. We hebben iedereen in de steek gelaten: als eerste onszelf, maar ook de mensen van de club. Maar als ik relativeer had ik meer moeite met de manier waarop het met Foreholte en Boshuizen misliep dan zo kansloos eraf te gaan.”

OJC Rosmalen beschrijft IJzendoorn als ‘een echt goede ploeg’. Uitgebalanceerd ook. Ze willen graag terug promoveren naar de Derde Divisie en naar die ambitie is hun selectie ook samengesteld.”

Rust en stabiliteit gewenst
Voor SJC geldt dat de mogelijkheden op dat vlak beperkter zijn. “Toen ik binnenkwam was er door de club vooral rust en stabiliteit gewenst en werd de vraag gesteld of ik daar in mee wilde. Ook wilden ze met veel eigen jongens spelen om de herkenbaarheid te vergroten. Waar mogelijk zouden we de groep versterken. Dat is gelukt met bijvoorbeeld Frans van Niel. Jammer dat uitgerekend hij met zijn ervaring in de voorlaatste competitiewedstrijd geblesseerd wegviel.”

De eliminatie was voor SJC vooral ook een harde les, eentje die volgend seizoen wellicht op sommige momenten nog zijn nasleep zal hebben. “Hier moeten we natuurlijk wel iets mee”, vertelt IJzendoorn. “Ik blijf een trainer die aanvallend voetbal voorstaat, je zult mij niet opeens de bus zien parkeren voor het eigen doel. Maar misschien moeten we het op momenten toch wat gedoseerder aanpakken in plaats van overdreven aanvallen, misschien moeten we soms ook eens met twee zessen gaan spelen in plaats van twee tienen, of gewoon wat meer gele kaarten pakken om omschakelingsmomenten van de tegenstander te stoppen.”

“Aan de andere kant hebben we in topwedstrijden ook wel goede resultaten geboekt. Uit bij TOGB met 0-1 gewonnen en op bezoek bij HBS met 1-2”, vervolgt IJzendoorn. “Maar het zou kunnen dat we het volgend seizoen in een paar topwedstrijden net wat anders gaan aanpakken.”

Al met al overheerst bij IJzendoorn vooral positivisme over het afgelopen jaar. Het voetbalcliché ‘je bent zo goed als je laatste wedstrijd’ gaat dan ook niet op voor de oud-doelman. “We moeten niet gaan doen of we geen goed seizoen hebben gedraaid. Integendeel. We hebben 74 goals gemaakt, zeventien wedstrijden gewonnen en waren in maart zelfs virtueel koploper qua verliespunten. Aan het einde van het liedje zijn we in april en mei te wisselvallig geweest en daardoor nooit in de buurt van het kampioenschap gekomen. Uiteindelijk is het gat naar plek twee en drie niet erg groot. We hebben het gewoon heel goed gedaan. Daarvoor is het nu nog te vroeg, maar dat besef gaat later in juni wel landen.”

Grotendeels dezelfde groep voor volgend seizoen
Komend seizoen gaat SJC het met vrijwel dezelfde groep doen. Er komt een keeper van Noordwijk bij, Willem Beuk, maar dat is het wel qua versterkingen. IJzendoorn erkent dat er wel pogingen zijn gedaan, maar die liepen om uiteenlopende redenen op niets uit.

“Een spits zegt: ik ga nooit spelen, want Tom Duindam is te goed. Een aanvallende middenvelder zegt hetzelfde over Frans van Niel en Timo Ruigrok. En een linksback wil de concurrentie niet aangaan met Jordy Groot. Regelmatig ook wel hoor, maar soms begrijp ik het niet dat jongens niet voor hun kans willen gaan. Als je genoeg goed bent…?

“Sommige jongens hikken ook tegen de zondag als speeldag aan. Wat betreft wordt het misschien over een jaar interessanter met het weekendvoetbal en de gemengde competities. Aan de andere kant: een nieuwe speler moet wel in ons straatje passen: van SJC, van de trainersstaf, maar ook van het team. Er staat een heel stevig fundament, we hebben een waanzinnig complex en alle randzaken om het eerste zijn goed geregeld. Ik zie de toekomst van de club positief tegemoet.”

Foto: Johanna Oskam

POPULAIRE BERICHTEN