Hun verstandhouding is meer dan alleen een bloedband. De neven Raily Ignacio (28) en Giovialli Serbony (27) zijn niet alleen van jongs af aan vrienden, maar ook lotgenoten. Balverliefd als ze waren struinden ze in hun jeugdjaren de pleintjes van de Haagse Schilderswijk af, toen nog onwetend over hun grote mogelijkheden. Inmiddels zijn ze beide gevierd aanvalsleider van een ambitieuze topklasser uit de regio. Vanavond staan de twee tegenover elkaar in de tweede ronde van de KNVB-beker bij Rijnsburgse Boys – VVSB. ,,Het is vooral leuk voor onze vrienden.”
Plaats van handeling: Den Haag, de natuurlijke habitat van zowel Serbony als Ignacio. De afgesproken tijd is al even verstreken, als een jongedame zich plots meldt op de rand van het terras. ,,Jullie hebben met Raily afgesproken, toch”, vraagt ze. ,,Ik moest even laten weten dat hij onderweg is.” Serbony kan een glimlach niet onderdrukken. ,,Dit is echt typisch Raily”, grijnst de spits. ,,Hij is altijd te laat, maar kent ook zoveel mensen.”
Even later meldt Ignacio zich dan alsnog. Hij excuseert zich meteen, maar blijkt over een goede reden te beschikken. ,,Ik ben vader geworden een aantal dagen geleden en kom direct uit het ziekenhuis door”, zegt de spits met een twinkeling in zijn ogen. Het is zijn eerste kindje. Elijah. Een zoon. ,,Hij is te vroeg geboren en moet daardoor langer in het ziekenhuis blijven. Ik heb de nacht in het ziekenhuis doorgebracht en heb weinig geslapen.”
Ondanks zijn vermoeidheid stort Ignacio zich hartstochtelijk in het interview. Hij is een man van de straat, dat merk je aan alles. Niet alleen vanwege zijn kledingstijl, met trendy tasje, maar ook aan zijn manier van praten. Ignacio spreekt zoals hij zich voortbeweegt over het veld: snel en in een hoge versnelling. Serbony lijkt op het eerste gezicht een tegenpool. Wel overwogen en in mooie volzinnen doet hij zijn zegje. ,,Vialli is rustiger”, zegt Ignacio lachend. ,,Al is dat ook pas van de laatste jaren. Vroeger was dat wel anders.”
Jeugdjaren
De gedachten gaan direct terug naar hun jeugdjaren. De huizen van hun moeders stonden 150 meter van elkaar af. Serbony en Ignacio waren onafscheidelijk
Serbony: ,,We gingen van pleintje naar pleintje en dolden iedereen.”
Ignacio: ,,Samen hebben we genoeg foute dingen gedaan. En natuurlijk ook goede. Maar je weet hoe dat gaat als je vijftien of zestien bent, en aan het puberen slaat. Het was vrienden, chillen en vrouwen. Dat soort werk. Maar voetbal stond centraal, al gingen we uiteindelijk met de bal in onze hand naar de vrouwtjes toe.”
Serbony: ,,We komen uit de Schilderswijk, en daar leer je om je mannetje te staan. Het was vaak ruzie. Soms moest je vechten om überhaupt aan de beurt te komen op het pleintje. Je leert van jezelf af te bijten. Er komen veel goede spelers uit de Schilderswijk, ook veel profvoetballers. Het niveau was hoog.”
Ignacio en Serbony begonnen met voetballen bij andere clubs. In de A1 van Laakkwartier kwamen ze voor het eerst samen in één team. Vaak speelden ze gezamenlijk in de aanvalslinie, maar Ignacio werd ook regelmatig op 6 of op 10 geposteerd. ,,We hadden dat jaar veel plezier, maar de resultaten waren niet best”, aldus laatstgenoemde. ,,We voetbalden puur voor de lol en hadden ook niet het idee dat we hogerop konden.”
Ignacio: ,,Dat kwam eigenlijk pas toen ik mezelf in de picture speelde bij Westlandia, en in de eerste twee wedstrijden vier goals maakte. Er waren geluiden dat er profclubs geïnteresseerd waren. Dat was voor mij het moment waarop ik aan een profcarrière begon te denken.”
Serbony: ,,Na Laakkwartier ben ik teruggegaan naar Tonegido. Het was een financieel moeilijke tijd voor de club. Veel oudere spelers gingen weg, en talentvolle spelers kregen de kans. Wim Schaap was trainer. Hij heeft mij duidelijk gemaakt dat ik een mooie toekomst had als ik hard bleef werken. Het ging goed. Ik kwam in de publiciteit en stond opeens in de krant. Dat maakte me trots.”
Ignacio: ,,Er kwam veel aandacht van de mensen uit de wijk. Iedereen heeft TV West en houdt van voetbal. Ze vinden het mooi dat je er ook een zakcentje mee verdient. Die jongens vreten het gras al op als ze tegen elkaar in de Vierde Klasse spelen. Moet je nagaan bij ons niveau.”
Opgeleefd
Ignacio ging van Westlandia naar ADO Den Haag, maar dat pakte niet gelukkig uit. Het bleek het begin van sportief mindere jaren. Ook bij FC Dordrecht en Spakenburg kwam hij niet uit de verf. Bij Rijnsburgse Boys is Ignacio inmiddels weer helemaal opgeleefd en net als in zijn Westlandia-tijd bij vlagen onnavolgbaar.
Ignacio: ,,Ik blijf altijd Raily, waar ik ook kom. Ik ben af en toe een clown, hou van een geintje en doe waar ik zin in heb. Dat heb ik altijd gedaan en waarom had ik dat bij ADO opeens anders moeten doen?”
Serbony: ,,Ik ben trots op hem. Dat was ik ook toen hij debuteerde voor ADO, uit bij NAC. We zaten met z’n allen in het stadion. Ik snap niet dat Raily niet meer gebeld wordt door BVO’s. Misschien heeft hij zijn naam tegen. Onterecht, want hij is geen moeilijke jongen. Maar wat hij nu al jaren presteert is niet normaal. Ik zou niet weten wat je nog meer moet doen om jezelf in de belangstelling te spelen. Ik geniet echt als ik hem zie spelen en zijn dansjes zie doen voor de tribune.”
Ignacio: ,,Wij hebben geen goede opleiding gehad. Als je kijkt bij Rijnsburgse Boys: al die jongens hebben bij een BVO gespeeld. De een bij Ajax, de ander bij Feyenoord, en weer een ander bij Sparta. Alleen Danny van der Vijver niet. Ik vroeg het van de week nog aan hem. Hij zit naast me in de kleedkamer. Hoe was het gelopen als Vialli en ik wel goede training hadden gekregen?”
Serbony: ,,Wat Raily zei, je moet ook geluk hebben. Ik ben vroeger nooit gebeld door een BVO, had wel contact met Rob Kiebert, hoofd jeugdopleiding van Sparta. Die overleed later door een auto-ongeluk. Ik ben gelukkig met wie ik ben en blij dat ik leef. Dat is het belangrijkste.”
Ignacio: ,,We zijn allebei gelovig. Ik dank god op mijn blote knieën dat hij dit mogelijk maakt. We kunnen met onze hobby geld verdienen en veel mensen blij maken. Er zijn veel mensen die het veel slechter hebben.”
Serbony belandde na zijn Tonegido-tijd bij FC Rijnvogels. Zijn eerste verblijf in de Bollenstreek werd geen groot succes. Het tweede wel. VVSB pikte Serbony op Haaglandia. Dat bleek een schot in de roos. Vorig seizoen begon Serbony zelfs met scoren.
Ignacio: ,,Ik vind dat hij meer talent heeft dan ik. Vialli kan voetballen, is snel en sterk, en niet lui. Hij kan in zijn eentje een hele verdediging opjagen. Vialli is altijd dezelfde speler geweest, wel beter geworden natuurlijk, maar alleen het scoren wilde niet echt lukken. Tot vorig seizoen. Hij was echt bepalend. Niet met de 3-0 of 4-0, maar met echt belangrijke goals. Vorige week viel hij in met een goal en een assist bij HBS. Dat had ik hem vroeger niet zien doen. Hij heeft niet voor niets de hele Topklasse achter hem aan.”
Serbony: ,,Ik word nu niet opeens een andere speler. Ik zal altijd hard blijven werken. Vergeet niet dat ik vorig seizoen naast zestien goals ook negen assists heb gegeven. Raily is koelbloediger en meer een echte spits. Ik wil vooral heel graag winnen.”
,,Ik ben Wilfred van Leeuwen dankbaar voor zijn vertrouwen. Hij heeft dat altijd geuit naar mij persoonlijk, maar ook in de media. Ik ben blij dat ik hem heb kunnen belonen met goals en assists. We hebben samen stappen gemaakt. De opmars van de club is vooral aan hem te danken. Toen ik vroeger tegen VVSB speelde, was het een stugge ploeg die aanvallend niet veel kon brengen. Van Leeuwen heeft er een goed voetballende ploeg van gemaakt.”
Ignacio: ,,Ik ben de technische staf van Rijnsburgse Boys ook heel dankbaar. Niek Oosterlee natuurlijk, maar ook de andere mensen die allemaal dingen voor me regelen. Ik ben iemand die zich gewaardeerd moet voelen. Je moet mij de ruimte geven om mezelf te zijn. Dat snapt Oosterlee. Hij kan me raken. Soms prikkelt hij me. Voor de wedstrijd tegen Spakenburg zei hij: ‘ze vinden je te dik hier’. Zo kun je mij wel op scherp zetten.”
Toekomst
Komt het er ooit nog van? Ignacio en Serbony in één team.
Ignacio: ,,Ik heb al een keer een balletje opgegooid bij Rijnsburgse Boys, maar toen had hij net bijgetekend bij VVSB. Vialli zal wel naar Rijnsburgse Boys moeten komen. Ik voetbal voor de centjes, het is mijn werk. En ik heb natuurlijk een kleine gekregen. Daarnaast is Rijnsburgse Boys een grotere en mooiere club, en zal ik hier vanwege de waardering niet snel weggaan.”
Serbony: ,,Of ik naar de zaterdag zou willen overstappen? Daar ben ik niet mee bezig. Ik wil gewoon met VVSB bij de eerste zeven eindigen. Dan gaan we vanzelf op zaterdag spelen.”
Tekst: Gerben Oostdam