Vraag: hoe vaak heb je na het kijken van een voetbalwedstrijd gedacht: ‘Kanonnen, dit was een mooie pot voetbal zeg! Hoog niveau, echt genoten.’ Ik gok dat ze op één hand te tellen zijn. Voor mij gaat die vlieger in ieder geval op en ik kan je zeggen: ik heb een hoop wedstrijden gezien. Ik durf te zeggen dat ik in 90% van de gevallen teleurgesteld naar huis ben gegaan of de tv heb uitgeschakeld. Ik kom er steeds meer achter dat ik me niet zozeer erger aan het niveau, maar veel meer aan de houding en het voorspelbare gedrag van spelers en teams.

Voorbeeld. Afgelopen weekend keek ik een pot in de Derde Divisie. De thuisploeg krijgt een vrije trap van de zijkant. Twee man bij de bal, eentje loopt over. Je kent het wel. Die jongen speelt een vallende bal bij de tweede paal. Hebben ze op getraind. Dus uitvoeren die hap! Wat ie totaal over het hoofd ziet is dat die jongen die over de bal heenloopt volledig vrij komt omdat die gasten in het muurtje niet op staan te letten – lees ook uitvoeren wat hen is opgedragen. Had hij die bal wel meegegeven was het een honderd procent kans geweest. Misschien wel een goal. En had ik op het puntje van mijn stoel gezeten.

Uitvoeren om het uitvoeren. Het doet pijn aan je ogen. Natuurlijk, een afgesproken tactiek en het maken van afspraken is uitermate zinvol, maar snapt een speler wel waarom die tactiek is bedacht?  Een tactiek of afspraak – de eerste jongen loopt over de bal – heeft juist als doel een situatie te creëren zodat er kans ontstaat. Gebeurt het en lopen ze niet mee? Herken het dan en maak er vol gebruik van, want die momenten in een wedstrijd zijn schaars. Juist dát herkennen is zo belangrijk. Helemaal omdat ploegen in de competitie elkaar niet zoveel ontlopen. Het niveau is ongeveer wel gelijk. Ze spelen immers niet voor niets op dat niveau. Knoop daarom in je oren: voetbal is een spel van fouten. De meeste goals worden niet gemaakt uit fantastisch positiespel maar door een fout van een tegenstander – niet meelopen, niet kort genoeg dekken, balverlies lijden enzovoorts.

,,Boys, als ze verslappen, vreten we ze op en slaan we toe. Zonder genade!”

De vaardigheid dat een speler of ploeg goed anticipeert op zo’n buitenkans is dus cruciaal. De mogelijkheid ziet en er dan vol voor gaat. Omdat hij snapt dat zo’n moment een wedstrijd kan beslissen. Ga je met die mindset een wedstrijd in ben je als speler dus constant aan het scannen op het verslappen van de tegenstander. Het zorgt voor een bepaalde lichaamshouding, voor een scherpere blik en signaal naar je medespelers: ‘Boys, als ze verslappen, vreten we ze op en slaan we toe!’ Zonder genade.

Eenheidsvoetbal
Het ultieme voorbeeld? FC Barcelona. Gek genoeg wordt hun tactiek alleen verkeerd geïnterpreteerd en gekopieerd. Het Catalaanse (ultieme) positiespel is er namelijk volledig op gericht om de kans te vergroten dat de tegenstander fouten gaat maken. Daarmee bedoel ik wel of niet meeloopt, niet kort genoeg dekt, verkeerd instapt of niet goed overneemt. Omdat hun positiespel zo goed is, komen die situaties vrij vaak voor. Maar wat hen vervolgens vooral gigantisch goed maakt, is het herkennen van juist die situaties en het zien als een kans. Op zo’n moment gaat het tempo omhoog en zijn ze dodelijk. Blijft echter het herkennen van die momenten uit, dan houd je alleen het positiespel over. En beloon je jezelf dus niet! Resultaat: het eindeloos geschuif en plichtmatig rondspelen van de bal wat we bij veel teams wekelijks zien. Eenheidsvoetbal noem ik het.

Sta je dus vanavond of morgen weer op het trainingsveld, plant de bovenstaande mindset dan eens in je kop. Bij jezelf maar ook bij je teamgenoten. Dat je met elkaar momenten gaat herkennen dat je tegenstander verzaakt. Loeren als een soort sluipmoordenaar. En wees dan meedogenloos in het pakken van die kansen. Wanneer lopen ze niet mee of geven ze niet goed over wanneer jullie het balletje snel rond laten gaan? Sla dan toe en schakel bij! Of wanneer zie je dat zij zichzelf in de problemen brengen doordat ze slecht positiespel spelen? Vol druk! Daarbij, als je als een sluipmoordenaar op het veld staat, straal je dat ook uit. Sta je op je voorvoeten. Klaar om toe te slaan. Dan zit zit ik in ieder geval op het puntje van mijn stoel. Want er kan elk moment iets gebeuren.

Bram Meurs begeleidt en traint voetballers uit het betaalde voetbal op mentaal vlak. Hij schreef in dat kader als basis de boeken Kopsterk (2010) en VoetbalPsychologie (2014). Daarnaast speelde hij acht jaar voor VV Noordwijk en is hij mede oprichter van het platform Voetbal in de Bollenstreek. Te volgen via @brammeurs.

Foto: Orange Pictures

 

 

POPULAIRE BERICHTEN