Rijnsburgse Boys nam het zaterdag in IJmuiden op tegen Telstar en ging met 1-0 onderuit. De Rijnsburgers konden goed mee, maar moesten uiteindelijk toezien hoe cultspits, Melvin Platje, vanaf de strafschopstip de enige treffer maakte. Voor trainer Pieter Mulders is er nog zichtbaar werk aan de winkel. Toch is de coach content met zijn ploeg en hoe zijn team is versterkt afgelopen zomer.

,,Ik denk dat het verschil tussen beide ploegen pas merkbaar werd in de tweede helft”, stelt Mulders. ,,Toen zag je dat zij veel fitter waren dan wij, wat niet gek is. Ik had in principe nog meer spelers kunnen wisselen, maar voor ons was het zaak dat zoveel mogelijk jongens 90 minuten in de benen kregen.”

De toeschouwers op de tribune zagen heel lang een interessant schouwspel, met overigens maar weinig kansen. Pas toen Rijnsburg-verdediger Massies Artien onreglementair een aanvaller van de Witte Leeuwen in het eigen strafschopgebied neerhaalde, werd er gescoord. De ‘Uien’ weten normaal gesproken in aanvallend opzicht wel van zich af te bijten, maar in het Rabobank IJmond Stadion waren de mannen van Mulders in de laatste fase van de aanval onnauwkeurig.

,,Dan kies je niet altijd voor de elf beste voetballers.”

,,Wij moeten dit seizoen zorgen dat we niet onze eigen tegenstander zijn, dat heb je vandaag ook weer kunnen zien”, zei Mulders na afloop. ,,We gaven weinig weg, maar creëerden dan weer te weinig. Door een slippertje hebben we deze pot onnodig verloren. In de laatste tien minuten kregen we pas echt moeite met Telstar, omdat zij fitter waren. Daarom vind ik het ook een domper dat we op deze manier de wedstrijd weggaven.”

Keuzes
Zoals gebruikelijk de laatste jaren, was Rijnsburg deze zomer actief op de markt. In elke linie heeft de ploeg een kwaliteitsimpuls gekregen. Met name voorin heeft Mulders voldoende mogelijkheden met Jeffrey Jongeneelen, Giovialli Serbony, Max Hudepohl, Jason Halman, Maikey Parami en Donny van Oijen. Voor de oefenmeester is het zaak om de juiste mensen op de goede plek te zetten. In die zoektocht kijkt hij niet naar de beste individuen:

,,Ik ben altijd op zoek naar de beste elf namen en niet naar elf Johan Cruijff’s of Ruud Krols. Ik wil altijd het beste team op het veld hebben, die het beste kunnen samen spelen. Dan kies je niet altijd voor de elf beste voetballers.”

,,Zeker, ik zou ‘popi-jopie’ zijn als ik elke keer dezelfde speelstijl zou hanteren.”

De 50-jarige coach is een trainer die het liefst vol op de aanval speelt. Zijn voorkeur gaat uit naar 4-3-3 met een aanspeelpunt in de spits, buitenspelers die een actie kunnen maken, middenvelders die diepte zoeken en achterin spelers die goed in de opbouw zijn. Aan het eind van vorig seizoen toen Rijnsburg tegen Spakenburg speelde, koos de oefenmeester voor een verdedigende opstelling. Is hij bereid dat dit seizoen vaker te doen?

,,Zeker, ik zou ‘popi-jopie’ zijn als ik elke keer dezelfde speelstijl zou hanteren. Ik heb de jongens aan het begin van de voorbereiding ook verteld: ‘luister jongens, geen speelstijl is heilig’. Dus ze weten wat ze kunnen verwachten.”

,,Wij zoeken als staf elke keer naar de formatie waarmee we de meeste punten kunnen pakken. Dat kan de ene keer met twee spitsen zijn, een andere keer met drie en wellicht soms ook met één. Wij kijken naar de mensen die in vorm zijn.”

Foto: Hans Heemskerk