De een z’n dood is de ander z’n brood. De pas 19-jarige doelman Joey Pouw hield eigenlijk rekening met een jaar op de reservebank, maar mag door de blessure van concurrent Ronald van der Meer voorlopig het doel van VVSB verdedigen. ,,Natuurlijk brengt dat druk met zich mee, maar dat ben ik gewend. Ik vind dat alleen maar mooi.”

Van der Meer brak anderhalve week geleden bij Hercules twee middenhandsbeentjes en wordt over een maand op het trainingsveld terug verwacht. Tot die tijd verdedigt Aalsmeerder Pouw het doel en wellicht ook daarna. Dan zal hij wel beter voor de dag moeten komen als zondag tegen JVC Cuijk (1-4), beseft de nieuweling. ,,Ik vind dat het beter moet. Het waren allemaal rotgoals. Maar de tweede, die onder mijn doorging, had ik moeten hebben.”

Twee jaar geleden stond de wereld van Pouw even op zijn kop. Een aantal weken na zijn komst naar de A-junioren van Almere City FC werd hij al bij de selectie gehaald. ,,Ik zat op de bank tegen FC Oss en de keeper kreeg rood. Zodoende maakte ik mijn debuut in de Jupiler League.”

De vreugde was echter van korte duur. ,,De wedstrijd erna tegen Heracles begon ik in de basis, maar ging mijn schouder uit de kom. Daar was ik zes maanden zoet mee. Toen ik weer fit was, had de club drie nieuwe keepers aangetrokken en moest ik weer bij de A-junioren aansluiten.”

Sociaal aspect

Pouws definitieve doorbraak in Almere bleef uit. De club gaf hem te kennen dat hij moest vertrekken. VVSB werd concreet en haalde Pouw binnen. Hij heeft (vooralsnog) geen spijt. ,,Het is hier heel leuk. In het begin moest ik wel even wennen, ook aan het type voetbal, maar inmiddels heb ik mijn plekje gevonden. Het sociale aspect is hier ook belangrijk. Bij Almere ging iedereen direct naar huis. Hier is het ook gezellig.”

De komende weken hoopt Pouw zich sportief te onderscheiden. ,,Ik krijg de kans, word voor de leeuwen gegooid. Dat is mooi, want ik had op een eerste seizoen op de reservebank gerekend. We bekijken het van week tot week. Ik vind dat we een goede ploeg hebben, met veel ervaring ook. Dinsdag op de training kwam Vladimir Jozic, onze aanvoerder, even met me praten. Dat soort dingen helpen wel. Ik ben er klaar voor.”

Foto: Tino Stulen