Rob Jonkman verlengde onlangs zijn contract bij Teylingen. De trainer wil volgend seizoen met de Sassenheimers een duidelijke stap voorwaarts zetten. “Ik vind dit project nog niet af.”
In zekere zin zou je kunnen zeggen dat Teylingen in een tussenjaar zit. De roodzwarten staan momenteel zesde in de Vierde Klasse A, op ruime afstand van koploper Zevenhoven. “Vorig seizoen zijn we op een haar na geen kampioen geworden en hebben we veel kwaliteit moeten inleveren. Acht spelers haakten op een laat moment af, weliswaar om legitieme redenen, maar we hadden gehoopt dat er in ieder geval een aantal daarvan zouden blijven.”
“We waren daarna niet meer bij machte om representatieve spelers terug te halen”, vervolgt Jonkman. “Met de ambitie om spelers met potentie van het O23-team bij het eerste aan te laten haken, zijn we het seizoen van start gegaan. We kwamen er echter al best wel snel achter dat het een lastig verhaal zou worden. We hebben hoge pieken en diepe dalen. Dat geeft niet, maar is wel een constatering.”
‘Melvin van Stijn komt van Ter Leede, Chris Guijt van Foreholte en ook Bas Gozeling blijft. Achter de schermen zijn we bezig met nog een aantal jongens.’
Het zorgde er voor dat Jonkman zich afvroeg of hij onder deze omstandigheden nog wel trainer op de Roodemolen wilde blijven. Samen met TC-lid Arie Guijt stak hij de koppen bij elkaar. “We hebben in november een mooi plan gemaakt en ons tot februari de tijd gegeven om te kijken of het realistisch was. We wilden checken of het mogelijk was om een kampioenwaardige selectie neer te zetten die mee kan gaan doen om de bovenste plaatsen.”
Naast een kwalitatieve impuls dient de selectie ook in kwantitatief opzicht te verbeteren. “Teylingen moet breder worden. Dat betekent achttien eerste elftal-waardige spelers plus twee keepers. Dat is nu beduidend minder en soms is het puzzelen.”
https://twitter.com/vidbs/status/1535675139760787456
De eerste signalen zijn voor Jonkman alvast veelbelovend. “Melvin van Stijn komt van Ter Leede, Chris Guijt van Foreholte en ook Bas Gozeling blijft. Achter de schermen zijn we bezig met nog een aantal jongens. We willen er het liefst vijf of zes spelers bij hebben, die kwaliteit inbrengen die de huidige talentvolle groep nog niet heeft. Zodoende willen we een situatie creëren dat de beste speelt: degene met de beste vorm of de beste mentaliteit.”
Jonkman is blij met de stip aan de horizon, iets dat hem over de streep trok om langer aan te blijven. “Als we het met de huidige groep, aangevuld met veel Teylingen-jeugd, hadden moeten blijven doen, had de club denk ik een andere trainer moeten zoeken. Vooropgesteld, daar is niets mis mee, maar dat betekent dat je dan de komende vijf jaar trainer van Teylingen bent. Zoiets opbouwen kost tijd. Ik denk niet dat ik daarvoor dan de aangewezen man was geweest. Ik ga straks mijn derde jaar in en dat is toch over het algemeen hoe lang trainers bij verenigingen op dit niveau blijven.”
‘Maar we moeten ook realistisch blijven. Volgend jaar is dat anders, dan willen we echt voor de bovenste plaatsen gaan.’
Afgelopen zaterdag won Teylingen met 2-0 van Nicolaas Boys. “Echt een topwedstrijd”, vertelt Jonkman. “We gaven niets weg tegen een toch zeer representatief elftal, één van de betere ploegen uit deze competitie. We hebben vanuit de discipline gespeeld en heel mooie aanvallen op de mat gelegd.”
Mike van der Zon onderscheidde zich met twee goals in een wedstrijd waarin Teylingen dus piekte. Jonkman hoopt niet dat zijn ploeg komend weekend tegen de zaterdagtak van SJC weer terugvalt. “Dat is ons dit seizoen nu al zo vaak overkomen. Bij SJC lijkt de geest een beetje uit de fles, maar we moeten zorgen dat we net zo scherp zijn als afgelopen zaterdag.”
Tot slot, wat zijn de doelen voor het slot van dit seizoen? Gaat Teylingen nog voor een plek in de nacompetitie? “Dit jaar draait het vooral om de ontwikkeling van de ploeg. Op het moment dat je een serie neerzet, moet je er altijd voor gaan. Maar we moeten ook realistisch blijven. Volgend jaar is dat anders, dan willen we echt voor de bovenste plaatsen gaan.”
Lees ook: Van Stijn: ‘Dit gaat alle respect te boven’