FC Rijnvogels won gisteren met 3-0 van Kloetinge en blijft verrassend sterk presteren in de Hoofdklasse B. ,,De eerste helft speelden we niet heel erg sterk, maar in de tweede helft beslisten we de wedstrijd overtuigend’’, vertelt FC Rijnvogels-aanvaller Niels van Veen. Hij tekende samen met Martin Onderwater en Mitchel Beijersbergen voor de treffers.

,,In de eerste helft hadden we ook met 2-0 achter kunnen staan’’, vertelt Van Veen eerlijk. ,,We zakten in de eerste helft in en lieten hun voetballen, waardoor we het lastig hadden. We kwamen maar niet in de wedstrijd en wonnen weinig duels. Eigenlijk waren we blij dat het bij rust nog 0-0 was.”

Genadeklap

Na de thee kreeg de wedstrijd al snel een ander perspectief. Na nauwelijks vijf minuten spelen hadden de Kooltuinbewoners de score opgeschroefd naar 0-3. Van Veen: ,,In de tweede helft ging het heel erg snel. We gingen anders spelen en dat bracht Kloetinge in de problemen. Na de doelpunten van Martin en mij wist Mitchel de 0-3 te maken en dat was de genadeklap voor hun. De eerste helft kregen zij dé kansen om op voorsprong te komen, maar die wisten ze niet te verzilveren. Wij deden dat wel.”

Rijnvogels kent een bijzonder goede start in de Hoofdklasse B. Met dertien punten uit zes wedstrijden staat de equipe van Van Heek op de tweede plek, drie punten achter Katwijk. ,,We stijgen niet boven onszelf uit’’, vindt de aanvaller. ,,We hebben gewoon een goed team. We zijn een stugge ploeg en hebben in vergelijking met andere ploegen niet de meest technische spelers. Maar mentaliteit is ook heel erg bepalend en dat zit wel goed bij ons. Iedereen geeft elke wedstrijd honderd procent.’’

Mentaliteit

De intensiteit die de ploeg vorige week tegen Quick Boys op de mat wist te leggen, kwam er in de eerste helft niet echt uit. ,,Iedereen ging met hetzelfde doel de wedstrijd in, maar in de eerste helft lukte het allemaal net niet. Het was natuurlijk ook een hele andere ambiance dan vorige week. Maar in de tweede helft wisten we het wel op te brengen. En dat pakte goed uit.’’

Tekst; Danny van den Bosch

POPULAIRE BERICHTEN