De gedachten van de -iets oudere- Quick Boys-supporter zullen zaterdagmiddag op bezoek bij ASWH nog wel even afdwalen naar april 2004. Toen wist hun club in Hendrik Ido Ambacht voor de tweede maal op rij beslag te leggen op de titel in de Hoofdklasse A. Een historisch kampioenschap bovendien, omdat het voorlopig de laatste titel was die de blauw-witten op het hoogte niveau in de wacht wisten te slepen.
De selectie van trainer Gert Aandewiel werd die middag, onder de rook van Rotterdam, vergezeld door maar liefst vijftien(!) bussen die tot de nok toe gevuld waren met in totaal 750 supporters. Daarnaast reisde er een even groot aantal aanhangers op 26 april 2004 op eigen gelegenheid af. Dat hadden er nog zelfs meer kunnen zijn als de lager spelende teams die middag van de KNVB vrijaf hadden kunnen krijgen. Voor 2.750 toeschouwers speelde Quick Boys die middag dan ook een thuiswedstrijd, waarbij een overwinning garant stond voor de titel.
Prolongeren
Om deze supporterskaravaan zowel letterlijk als figuurlijk in goede banen te leiden, haalden Marcel Arkesteijn en de overige leden van de supportersvereniging van Quick Boys het draaiboek van een jaar eerder maar weer eens uit de kast. ,,Toen werd de Nieuw Zuid-brigade bij Excelsior Maassluis kampioen en ging er een vergelijkbare karavaan op pad.”
,,Daarnaast hadden we dat jaar enkele weken eerder voor de uitwedstrijd tegen Hoek ook al een voorproefje gehad, omdat er voor die wedstrijd eveneens een flink aantal bussen richting Zeeland vertrok. We kenden het klappen van de zweep inmiddels dus vrij aardig. Bij winst op ASWH kon ook FC Lisse, de laatst overgebleven concurrent, ons niet meer inhalen. Daardoor konden we de titel op de voorlaatste speeldag prolongeren”, herinnert de voormalig coördinator ‘Veiligheid en Supporterszaken’ van Quick Boys zich.
,,Zowel op de heen- als terugreis werden de bussen begeleid door motoren van de politie.”
Hoewel alles die middag op rolletjes verliep, zagen Arkesteijn en zijn medebestuursleden zelf weinig tot niets van de kampioenswedstrijd. Iets dat niet alleen die dag, maar met name tijdens thuiswedstrijden sowieso het geval was. ,,Er komt op supportersgebied zoveel kijken rond wedstrijden, dat je continu in de weer bent.”
,,In de jaren die volgden zijn de veiligheidseisen met name vanuit de overheid alleen maar strenger geworden. Er is in de jaren die volgden een heel ‘stewardcorps’ in het leven geroepen. Vanuit de supportersvereniging ben ik die werkzaamheden binnen Quick Boys in de veiligheidscommissie verder gaan coördineren. De eerder opgedane ervaringen kwamen daarbij goed van pas.”
Kilometer
Als het gesprek weer beland op het duel tussen ASWH en Quick Boys herinnert Arkesteijn zich vooral de enorme drukte op sportpark Schildman. ,,Alles verliep daar naar wens, mede door de inspanningen van ASWH. Zowel op de heen- als terugreis werden de bussen begeleid door motoren van de politie. Een lint van in totaal een kilometer lang. Dat moet je rijdend zien te houden. Er was dan ook voor gezorgd dat we overal konden doorrijden. Heel apart.”
Een stoet van supporters vertrekt in 2004 van Nieuw Zuid naar ASWH
,,Van de wedstrijd zelf herinner ik me vooral dat de grond, die daar uit veen bestaat, onder je voeten trilde door de last van zo’n grote supportersschare. Echt ongekend. Bij de enige goal van de wedstrijd die door Marnix van der Gun halverwege de tweede helft werd gemaakt was dat helemaal enorm.”
,,De terugreis was na het volksfeest, dat direct na afloop al losbarstte, echt fenomenaal. En dan te weten dat we dat inclusief een zegetocht door Katwijk richting het gemeentehuis en later op Nieuw Zuid nog eens dunnetjes hebben overgedaan. Dat zijn natuurlijk heel inspannende dagen, maar door de goede afloop is het die moeite altijd meer dan waard geweest.”
Topjaar
De 58-jarige Arkesteijn is door zijn jarenlange inzet op supporters- en veiligheidsgebied gepokt en gemazeld in dit vak. Daarbij is de geboren Katwijker trots op het legioen dat Quick Boys door dik en dun ondersteunt. ,,Datzelfde seizoen pakten we bij DOVO de zaterdagtitel en ook toen vond er opnieuw een soortelijke exodus richting Veenendaal plaats.”
,,Wij krijgen in zo’n geval niet eens vijftien fietsen op de weg.”
,,Dat seizoen sloten we af met de landstitel. Na de 3-3 in de thuiswedstrijd tegen HSC’21 werd het voor 5.000 toeschouwers een memorabele wedstrijd in Haaksbergen. Hoewel de belangstelling vanuit Katwijk, met name door de afstand, iets minder was. Na negentig minuten was het 2-2. In de verlenging wonnen we door twee goals van Maarten Bak met 4-2 en was het derde feest op rij een feit. Het jaar 2004 werd daardoor in alle opzichten een topjaar voor de hele club.”
Opvallend genoeg vierde Quick Boys de grootste triomfen de laatste tijd niet op Nieuw Zuid. ,,Ja, en nu je het zegt, als Quick Boys een prijs pakt gebeurt dat steeds in een uitwedstrijd”, vervolgt Arkesteijn. ,,De laatste keer, in 2016, gebeurde dat bij Deltasport. Toen hebben we de oude draaiboeken maar weer eens uit de kast getrokken.”
Hondstrouw
Die massale belangstelling zegt alles over de aantrekkingskracht die Quick Boys toen en eigenlijk nog altijd uitoefent. Dat daar elders met enige afgunst naar wordt gekeken, bleek uit de woorden die UVS-preses Bart van Leeuwen destijds sprak. In hetzelfde weekend dat Quick Boys de titel pakte bij ASWH, promoveerden de Leidse blauw-witten naar de Hoofdklasse. Dat deed het in eigen huis voor 650 toeschouwers. Geconfronteerd met de vijftien supportersbussen van Quick Boys verzuchtte Van Leeuwen: ‘Wij krijgen in zo’n geval niet eens vijftien fietsen op de weg’.
Arkesteijn is dan ook trots op zijn club en zijn grote supportersschare. Met doorgaans minimaal twee bussen per uitwedstrijd is de opkomst relatief hoog, waarbij het aantal aanhangers dat voor eigen vervoer kiest eveneens aanzienlijk is. ,,Het is bij elke wedstrijd van belang om incidenten te voorkomen.”
,,Ik vergelijk onze supporters wel eens met die van Feyenoord. Ze zijn er altijd. In goede, maar ook in slechte tijden.”
,,In het verleden waren er weleens problemen. Dat had vaak te maken met het feit dat een aantal van hen op eigen gelegenheid een bus regelden. Dan heb je er als club niet voldoende grip op en als er dan iets verkeerd gaat, word je in zo’n geval als vereniging daar wel op aangekeken.”
Dat de Quick Boys-supporters daarbij echt hondstrouw zijn, blijkt uit de woorden van Arkesteijn. ,,Bij heel veel uitwedstrijden zijn we in de meerderheid. Als het goed gaat, is het ook echt goed. Gaat het minder dan komt er kritiek. Er is altijd druk en dat heeft weleens een keerzijde. Maar ze blijven wel altijd komen.”
,,Ik vergelijk onze supporters wel eens met die van Feyenoord. Ze zijn er altijd. In goede, maar ook in slechte tijden. Dat siert ze. Hoewel ik natuurlijk wel moet oppassen met die uitspraak want heel veel Quick Boyzers, waaronder ikzelf, dragen juist Ajax een warm hart toe”, vertelt Arkesteijn met een knipoog.
Geen sleur
Twee jaar geleden deed Arkesteijn bewust een stapje terug bij Quick Boys. Zijn taken op veiligheidsgebied heeft hij overgedragen aan een nieuwe generatie. ,,Dat soort werkzaamheden moet je met honderd procent inzet uitvoeren. Als je met de veiligheid bezig bent kun je echt geen moment verslappen. Je moet altijd scherp zijn.”
,,Na zoveel jaar daarmee bezig te zijn geweest, werd het tijd voor vers bloed. Er was zeker geen sprake van sleur, maar om te voorkomen dat die erin zou sluipen, ben ik gestopt. Dat heeft ook als voordeel dat ik de wedstrijden van het eerste nu wel kan volgen. Op dat gebied heb ik nog heel wat in te halen”, sluit Arkesteijn glimlachend af.
Foto’s: supportersvereniging Quick Boys
Lees ook: ‘Van der Gugten op zoek naar hetzelfde bij Valken’68’