Het (voetbal)leven kan soms vreemd lopen. Huig Hoek kan het beamen. Geboren als een rasechte ‘Quick Boyzer’ gaat de 45 -jarige Katwijker inmiddels door het leven als ‘Mister KRV’. Een erenaam die hij verwierf toen hij na zijn overstap van Nieuw Zuid ruim tien succesvolle seizoenen voor het vlaggenschip van de Katwijkse Rijn Vogels (KRV) uitkwam. Die club fuseerde in 2004 met MVKV waardoor het huidige FC Rijnvogels het levenslicht zag.

,,Aan die overstap naar KRV is nog een bijzonder verhaal verbonden”, vertelt Hoek. ,,Vanuit de jeugd van Quick Boys stroomde ik door naar de A-selectie. Verder dan een paar invalbeurten in het eerste elftal kwam ik echter niet. Na drie seizoenen in het tweede, inclusief het behalen van de landstitel, kreeg ik te kampen met een hernia. Na nog eens twee seizoenen in het achtste van Quick Boys te hebben gespeeld, vroeg Henk Krauwel, destijds trainer van KRV, me of ik zin had om daar te komen spelen. Henk kende ik nog van Quick Boys en toen heb ik als 24-jarige de overstap gemaakt, waarbij ik meteen aangaf dat het echt allemaal voor één seizoen zou zijn. Het gekke is dat ik nu nog altijd op de Kooltuin rondloop.”

Titels
In zijn eerste seizoen werd Hoek met KRV direct kampioen in de Vierde Klasse en omdat de Hoofdklasse vervolgens werd ingesteld, betekende dat een dubbele promotie. KRV werd ineens tweedeklasser. Opnieuw volgde een titel, zodat KRV en dus ook Hoek zich nog geen twee jaar na zijn entree op de Kooltuin eersteklasser mochten noemen. ,,Eigenlijk ben ik na dat eerste jaar gewoon gebleven en vervolgens vergroeid geraakt met de club. Henk Krauwel kom ik nog geregeld tegen en dan begint hij altijd over dat ene jaar dat ik zou blijven”, lacht Hoek, in het dagelijks leven schilder bij Van Kesteren in Voorhout. ,,Mijn moeder is een Aandewiel, dus heb ik van huis uit blauwwit bloed meegekregen. Gert en Huig zijn neven van me. Van de overstap naar (destijds) KRV heb ik nooit spijt gehad. Als Henk Krauwel me destijds niet gevraagd had, liep ik nu waarschijnlijk nog gewoon bij Quick Boys rond, denk ik. Met die club is trouwens ook niks mis.”

De voetballer Hoek ontpopte zich op de Kooltuin al snel als een speler die zijn troepen bij de hand nam. Tien seizoenen lang was hij een vaste waarde in een team dat via kleine stapjes de sportieve ladder wilde beklimmen. ,,Hoewel ik me, zeker buiten het veld, geen geboren leider voelde, was ik dat wel. De aanvoerdersband paste me goed. Technische bagage had ik altijd al en door die twee jaar op een lager niveau ben ik een completere voetballer geworden. Dat kwam me bij KRV dus goed van pas.”

,,Meestal speelde ik op ‘tien’, maar op ‘vier’ kon ik ook goed uit de voeten”, vertelt Hoek. Altijd in de as van het veld, gezegend met een befaamde linker en een flinke portie inzet. ,,Voor mij een essentieel onderdeel van het spelletje. Mijn doelpuntjes pikte ik in al die jaren ook wel mee. Het seizoen 1999-2000 was misschien wel het mooiste jaar. We keerden terug in de Eerste Klasse, werden verkozen tot Bollenclub van het Jaar, terwijl ikzelf als beste regiospeler van de Eerste en Tweede Klasse werd gekozen. Heel bijzonder allemaal.”

Einde
Hoek sloot zijn actieve carrière eigenlijk af als KRV’er. ,,Meteen na de fusie in 2004 heb ik nog een paar keer het FC Rijnvogels-shirt gedragen in bekerwedstrijden. Een knieblessure speelde me zodanig parten, dat ik moest stoppen. Bovendien gingen mijn drie kinderen toen zelf sporten en dat wilde ik graag van dichtbij meemaken.”

Sport speelt tot op de dag van vandaag een grote rol in het gezin Hoek. Vader steekt op dit moment vele uren in zijn club als assistent-trainer van Hein van Heek. Ook de rest van de ‘Hoeken’ kunnen niet zonder. ,,Mijn vrouw Carolien is ook met het sportvirus besmet. Net als mijn kinderen Lieneke, Jean Paul en Simon. De jongens spelen van meet af aan in de jeugd van FC Rijnvogels, Lieneke speelt basketbal bij Grasshoppers. De hele zaterdag gaat op aan sport. Op zaterdag eerst naar de Kooltuin en ’s avonds vaak naar sporthal Cleijn Duin.”

,,Nadat ik gestopt was, begon ik al snel als jeugdtrainer bij de F-junioren. Je kinderen zien sporten en begeleiden is leuk. Zo groeide ik mee als trainer zonder dat ik over een diploma beschikte. Iets wat nog altijd het geval is. Toen Frenk van der Kleij zo’n vijf jaar geleden als hoofdtrainer tussentijds werd ontslagen, vroeg het bestuur me om samen met Marcel de Haan, ad-interim, het stokje over te nemen.  Dat ging lekker. Na een slechte start eindigden we als derde en sleepten we ook nog een periodetitel in de wacht. Promotie liepen we toen (nog) mis. Daarna kwam Hein van Heek en ben ik zijn rechterhand geworden. De recente jaren zijn intussen genoegzaam bekend”.

Weg der geleidelijkheid
Het succes van FC Rijnvogels wijt Hoek vooral aan de nuchterheid die de fusieclub uitstraalt. Oud-preses Niek Jan van Kesteren en ook Hennie Rhijnsburger zijn daar de voornaamste exponenten van in zijn ogen. Maar dat geldt eigenlijk voor de hele club. ,,Doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg. Dat is het motto op de Kooltuin. Je ziet wat het de club allemaal heeft gebracht. Sportief en qua accommodatie en organisatie.”

,,Verder doe ik samen met Fred Eijsberg FC Rijnvogels onder 23. Alles bij elkaar kost dat veel tijd, maar het is de moeite waard. Het gaat de club goed. Met het behalen van de eerste periodetitel zijn we al zeker van twee beslissingswedstrijden om een plek in de Topklasse. Het kan dit jaar dus zomaar gaan gebeuren. In de competitie willen we echter zolang mogelijk mee blijven doen. Alles ging en gaat hier via de weg der geleidelijkheid.  En dat zal ook in de toekomst zo blijven. In welke functie of wat daarin mijn bijdrage zal zijn? Ik weet het niet, natuurlijk blijft dit mijn club. Binnenkort praat ik met het bestuur en de technische commissie hoe we het verder gaan invullen. Succes smaakt toch altijd naar meer.”

Foto: Piet van Kampen

POPULAIRE BERICHTEN